Eerste test: Suzuki GSX-R1300 Hayabusa
Fight Control
Nemen we eindelijk plaats op de Hayabusa, dan valt op hoeveel comfort de machine biedt. De zadelhoogte is aan de lage kant wat voor minder bedeelden een tegemoetkoming is, maar niet buitenproportioneel. Je zit nog steeds redelijk normaal op de motor, met de voeten op de juiste plaats, de stuurhelften waar ze horen en je rug nog ruimschoots recht genoeg. Maar man, wat een dik ding is het. De overvloed aan kuipwerk geeft je wel de indruk met een heleboel motor onderweg te zijn. Dat is iets anders dan het motorische gedeelte willen we overigens benadrukken; je voelt gewoon dat je een hele kluif gaat hebben aan het manoeuvreren hiermee, en tegelijkertijd geeft het een idee van solidariteit. Nou is bijvoorbeeld de GSX-R 1000 ook geen kleine jongen, maar qua omvang zit daar tussen je oren nog een factor twee tussen. De term ‘vlaggeschip’ dekt dan ook meer dan de lading, en zelfs meer dan de oude.
Want wat schetst onze verbazing: het volledige dashboard is vanuit normale zithouding te zien. Dat was vroeger wel anders; waar je echt met de kin op de tank moest liggen wilde de lage standaard ruit je het zicht niet belemmeren. Fijn! Dat betekent ook direct dat de windbescherming dus werkelijk verbeterd zou kunnen zijn, waarvan akte op het moment dat de snelweg voor het eerst bedwongen wordt. Onder de 180 kilometer per uur is van rijwind haast geen sprake, wat inderdaad diezelfde eerste keer, net van een naked af stappend, pas in de praktijk en bij het bewust kijken naar de teller duidelijk wordt.
Gadgets, I love gadgets
Gelukkig zijn daar dan de kunstjes: ten eerste is er de, zoals gezegd, keus uit de verschillende mappings. Kies je voor settng B of zelfs C dan gaat het allemaal een stúk gemoedelijker en heb je alle tijd om je te realiseren wat er gebeurt. Zo erg zelfs dat je stand C, als je eenmaal de overige geprobeerd hebt, al gauw af zult doen als iets voor mietjes. Niet dat je met de resterende 120 paarden niks zou kunnen overigens, dat is nog steeds een heleboel, maar tam is het toverwoord. Zelfs stand B is nog goed te behappen, en dat is allemaal te danken aan het sublieme rijwielgedeelte, wat berekend is om ook stand A nog stevig in toom te houden. Als tweede redder in snel naderende nood zijn daar de remmen die al even goed op hun taak berekend zijn. Reken even uit hoeveel energie er in een motor van ongeveer 240 kilo zit als die tegen 300 kilometer per uur voortgestuwd wordt… dat zet je niet zomaar even stil. Nee, dat doe je met twee 310 mm schijven, wat radiale klauwen en vier vingers. Dat maakt het nog verwonderlijker dat die remmen in een normale situatie gewoon zijdezacht zijn. Geen bite, niet agressief, niks. Pas als het nodig is rammen ze er echt in. Valt misschien wat tegen, maar wederom: een stoppie is met dit gewicht en deze geometrie minder waarschijnlijk dan een blokkerend en schuivend voorwiel, en meestal is dat een dure situatie. Remmen doen ze, hard ook, maar niet agressief.