Zoeken

Test: Honda Forza 750

Geen discussie meer

1 maart 2021


Drie op een rij: Forza 125, Forza 350 en Forza 750. Maar wie is nou wie?

Als ik plaats heb genomen op de Forza 750 luxe-scooter is het me onmiddellijk duidelijk wat Honda onder luxe verstaat: met een bescheiden hoogte van 790 millimeter nestel ik me op het comfortabele en zacht aanvoelende zadel, krijg daarbij mijn voeten stevig genoeg aan de grond en Denk dat je hier genoeg sportieve jongens (en meiden natuurlijk) behoorlijk ziek mee kunt makenhoef me maar minimaal voorover te buigen om het stuur vast te kunnen houden – dat maakt te verbinding met de Forza innig, haast erm… motorfietsachtig. Verdomme, hebben ze ‘m eindelijk in de scooterhoek neergezet, blijkt de zithouding meer gelijkenis te hebben met motorrijden dan ik me herinnerde. Als een comfortabele toerfiets, maar dan met scooterdesign.

De voeten kunnen al naar gelang recht naar beneden op de treeplanken, of recht naar voren tegen het schild worden geplaatst. Het eerste wanneer je actief aan het sturen bent, het tweede wanneer je ontspannen naar je bestemming rijden wilt. Wel is het zo dat het niet erg zou zijn geweest als Honda de tunnel tussen de benen smaller had gemaakt, dat had ook meer ruimte geboden om je voeten neer te zetten. Wat ook stoort is de vorm van het zadel, dat naar voren toe omlaag gaat, waardoor je in langzaam tempo langzaam richting het stuur afzakt.

Met de transponder in de broekzak opgeborgen is een druk op de centrale knop voldoende om de Forza wakker te maken – of met een verdere druk op de toets het zadel of de tankafdekking te openen. Om de paralleltwin van de maxiscooter tot leven te krijgen volstaat daarna een druk op de startknop, waarna de 270 graden lijnmotor aangenaam tussen je benen gaat pruttelen. Maar dat hoeft natuurlijk niet. Met hetzelfde gemak rijdt je comfortabel naar je werk. (mag trouwens ook met de zwarte)Uit de twee cilinders met een gezamenlijke inhoud van 745 cc, ofwel drie flinke potten bier in de kroeg (als die ook nog eens weer open gaan), perst de achtklepper (vier per cilinder, twee voor de inlaat en twee voor de uitlaat) er met 58,6 pk bij 6.750 tpm en 69 Nm bij 4.750 tpm meer vermogen uit dan de Integra, en dat terwijl de scooter nu aan de veel strengere emissie-eisen van Euro 5 voldoet.

Pure luxe en bijna te veel van het goede is het voorkeuzemenu van de aandrijving, dat de Forza 750 piloot superveel opties geeft. De DCT aandrijving geeft je de optie om de zesversnellingsbak manueel of automatisch te bedienen. In het tweede geval heb je de keuze uit vier modi om het vermogen naar het achterwiel over te brengen: drie vaste rijmodi en eentje waarbij je zelf alles naar eigengeur en smaak kunt afstellen. Bij ‘dat alles’ moet je denken aan de vermogensafgifte, mate van motorrem, tractiecontrole en schakelkarakteristiek. Dat alles gestuurd via een joystick links op het stuur en gevisualiseerd in het nieuwe vijf inch TFT kleurenscherm. Dat klinkt als superingewikkeld, maar we hebben dat in onderstaand schema verduidelijkt.

In de praktijk heeft de gekozen schakelstand de sterkste invloed op de rijbeleving: in stand vier, verbonden aan de Sportmodus, maakt de twin de meeste toeren en schakelt vroeg terug voor een dynamische beleving. Voor in de stad is dat misschien echter een tikkie overdreven. Configuratie en werking van de rijmodi

RAIN zorgt voor bescheiden motorvermogen en motorremwerking en een snel ingrijpende tractiecontrole. Het DCT in stand 1 schakelt bij relatief lage toerentallen op en terug, de focus ligt op rijveiligheid en zuinig rijden.
STANDARD biedt een afgewogen balans tussen vermogensafgifte, motorrem en HSTC (tractiecontrole), het DCT schakelt volgens stand 2 van de schakelkeuzes waarbij de focus op rijcomfort en zuinig rijden ligt.
SPORT zorgt voor een sportieve vermogensafgifte en krachtige remwerking van het motorblok, bij een gering ingrijpen van HSTC. In stand 4 schakelt de dubbelkoppeling bij hogere toerentallen op en ook terug voor meer motorremwerking.
USER geeft je de keuze om alle parameters zelf in te stellen, waarbij de tractiecontrole ook kan worden uitgeschakeld.
In schakelstand 1 van de Rainmodus gaat het er daarentegen een beetje te relaxt aan toe. Onze voorkeur ging deze test, waarbij werd gereden in de stad, op de snelweg en over bochtige wegen binnendoor, uit naar programma 3, dat echter alleen via de USER modus in te stellen is.

In deze modus reageert het blok sportief genoeg en levert in het middengebied een krachtige punch, wat door het DCT in een verfrissende en naadloze acceleratie wordt overgezet. Door de haast onmerkbare schakelovergangen krijg je haast bijna niet mee hoe hard de Forza daadwerkelijk aan het optrekken is – in geval van nood schakelt de Japanner op eigen initiatief een versnelling terug, draait meer toeren en raast daarna moeiteloos langs het overige verkeer af. De verhoudingsgewijs voorzichtige stand 2 van de tractiecontrole is daarbij toereikend. Vrolijke toerentalorgies zijn achter niet zijn ding en bieden weinig extra punch, het sterkste punt van de Forza blijft de trekkracht in het middengebied en van onderuit. In alle rijkeuze afstellingen toont het aggregaat zijn geavanceerde karakter door een aangenaam laagfrequent uitlaatgeluid, dat heerlijk in het oor klinkt maar door omstanders zeker niet als storend zal worden ervaren.


Leverbaar in een breed scala aan kleuren