Zoeken

Test: Kawasaki Z H2

Supercharge me

10 februari 2020

“Wanneer cilinderinhoud wordt vergroot om meer vermogen te creëren dan resulteert dit meestal in meer inhoud en meer gewicht, waarmee meteen alle voordeel teniet wordt gedaan. De Supernaked Z heeft dat probleem opgelost door een supercharged motorblok te gebruiken,” zegt Martin Lambert tijdens de presentatie van de Z H2, het derde model in Kawasaki’s lijn ‘Buitencategorie’ motoren. Goed voor een topvermogen van 200 pk bij De H2 familie begint steeds grotere vormen aan te nemen. Voor wie ze nog niet kent, van links naar rechts hebben we als megaklapper de 325 pk sterke Ninja H2R, de 230 pk sterke Ninja H2 (die ook als Ninja H2 Carbon leverbaar is), de 200 pk sterke Ninja H2 SX (die ook nog als H2 SX SE leverbaar is) en de Z H211.000 toeren per minuut, net als de eerste Ninja H2 en de twee jaar geleden gelanceerde Ninja H2 SX.

Kawasaki omschrijft de Z H2 als lichtgewicht en compact, wat in combinatie met dat topvermogen van 200 pk een ‘intense acceleratie’ moet opleveren waar een natuurlijk ademde motor alleen maar van kan dromen. Of dat zo is gaan we zo meteen op in, maar niet voordat we eerst in de unieke technologie van de Z H2 zijn gedoken. 

Je zou denken dat dat de supercharger datgene is wat de Z H2 uniek maakt, maar hoewel Kawasaki het enige merk is dat ooit supercharger techniek in een motorfiets heeft toegepast (in de jaren ’80 van de vorige eeuw werd wel volop met van turbo voorziene motoren geëxperimenteerd,maar voor zover ons geheugen reikt was de Ninja H2 de eerste productiemotor die van een supercharger – in normaal Nederlands gewoon een compressor – was voorzien) is dat maar een deel van het verhaal.
Het begint dus allemaal met een schets. Kijk, d'r zit ook niet iets oranjes tussen

Dan wordt er een keuze gemaakt en die schets wordt gedetailleerder

Om daarna met klei te gaan spelen
Het echte unieke aan elke H2 is het feit dat het een product is van niet alleen de Motorcycle & Engine Company van Kawasaki, maar de gehele Kawasaki Group. Het is de enige motor die om die reden het Kawasaki Heavy Industries logo mag dragen.

De gemene deler tussen de Z H2 en de Ninja H2 (en H2 SX) is het de 998 cc viercilinder die door middel van een compressor geforceerd ademhaalt. In tegenstelling tot een turbo motor, waarvan de druk van de uitlaatgassen wordt gebruikt om inlaatlucht te forceren, wordt de inlaatschoep van een compressor door de nokkenas aangedreven, wat als voordeel heeft dat je geen last meer hebt van turbo-lag, vertraging in de drukopbouw wanneer je op het gas gaat en het na-ijl effect wanneer je van het gas afgaat. Bij laagtoerige motoren zoals in auto’s is dat geen probleem, maar hoe meer toeren een motor maakt, hoe groter dat probleem wordt. Zo dus niet bij een compressor a.k.a. supercharger, doordat die rechtstreeks door de nokkenas wordt aangedreven en daardoor altijd het juiste toerental draait, wat in geval van deze H2 tot 140.000 toeren per minuut kan oplopen!

De grote inlaattunnel van de Z H2 is van een aluminiumlegering gemaakt, omdat dit de warmte goed kan afvoeren en daardoor in staat is om met hogedruk lucht (ongeveer 2 bar) om te gaan. In de inlaatkamer is een diffuser voorzien, die voor een soepele luchtstroom moet zorgen en daarmee een bijdrage levert aan de efficiency van de supercharger, voorkomt dat de motor zelfs zonder intercooler gaat pingelen. Het frontale oppervlak van de Ram Air luchtinlaat is ongeveer drie keer zo groot als de ingang van de compressor, de vorm is zo recht mogelijk gehouden voor een maximale performance. Het luchtfilter net binnen de Ram Air inlaat te plaatsen heeft daarbij volgens Kawa geholpen om de ideale vermogensafgifte voor de Z H2 te realiseren. Bijkomend voordeel is dat de supercharger nu prominent in beeld is.

Elektronisch geregelde kleppen controleren het volume van zowel de benzine als de lucht die naar de cilinders stroomt, wat volgens de groene jongens moet hebben geresulteerd in een soepele gasrespons die natuurlijk aanvoelt en die de tractie controle beter kan aansturen – en voor de Greta T. fans onder ons: beter voor het milieu is. Met de komende Euro5 emissie eisen in het achterhoofd is het compleet nieuw ontworpen uitlaatsysteem nu van een voorkamer voorzien, die ruimte heeft gemaakt voor een grote katalysator en een lange collector waar de uitlaatgassen van 52° hellingshoek moet kunnen volgens de man van Pirelli USA. Dat moesten we dan maar eens proberende vier cilinders kunnen vermengen. Dat laatste heeft ook een bijdrage geleverd aan het koppel in de toerenkelder en het middengebied – het sleutelwoord van deze Z H2. Kawasaki claimt ondanks de voorkamer de einddemper zo klein mogelijk hebben weten te houden, maar ik vrees dat we dan van mening verschillen over de definitie van ‘zo klein mogelijk’. Volgens Kawasaki is dankzij de kleinere einddemper behoorlijk wat aan gewicht bespaard, maar ook daar willen we graag een kanttekening plaatsen: met een totaal gewicht van 239 kilo rijklaar is de Z H2 1 kilo zwaarder dan de Ninja H2, die ten opzichte van deze Z H2 nog eens het extra gewicht van de stroomlijn heeft. 

Net als het blok is ook het rijwielgedeelte in grote lijnen identiek aan dat van de Ninja H2. Het vakwerkbuisframe is ontworpen door middel van een speciaal door Aerospace afdeling van KHI ontwikkeld softwarepakket. Het vakwerkframe bood Kawasaki twee voordelen: enerzijds een maximale stijfheid bij een minimaal gewicht, anderzijds helpt het dankzij z’n open constructie mee met het koelen van het blok. Zoals gezegd, thermisch het hoofd koelhouden is de grootste uitdaging van een supercharger. De Swingarm Mounting Plates zijn aan de achterkant van het blok geschroefd, waardoor de achterbrug min of meer in het motorblok scharniert. Die achterbrug verschilt trouwens van de Ninja H2 modellen, de fraaie enkelzijdige achterbrug van de Ninja heeft het veld geruimd voor een dubbelzijdige achterbrug, die daardoor wel stijver is. Het blok is trouwens zo recht mogelijk in het frame gemonteerd, wat goed voor het zwaartepunt van de motor moet zijn geweest. Ook de Showa vering en Brembo remmen zijn overgenomen van de Ninja H2, maar dan op het toepassingsgebied van een Supernaked aangepast.