Test: Allroads im Westerwald
King of the road
Inhoudsopgave |
---|
Test: Allroads im Westerwald |
King of the road |
Van zonneschijn |
naar guur herfstachtig weer |
Honda CrossTourer |
BMW R1200GS Adventure |
Triumph Tiger Explorer |
Conclusie |
Technische gegevens |
We moet het eerlijk bekennen, we heb het nooit echt goed begrepen, die hype die sinds de lancering van de R1200GS rondom de dikke allroad is ontstaan. Waarbij hype nog een understatement is, de motor wordt door fans zó bewierookt dat de walm ze blind heeft gemaakt voor de concurrentie, die naar onze mening toch echt wel betere motoren op de markt heeft gezet. Dat Ducati met de Multistrada 1200 geen kaper op de kust zou zijn was niet vreemd,
BMW's snavel is duidelijk een inspiratiebron geweest voor de huidige generatie 'allroad' ontwerpers
Drie maal cardanaandrijving, drie maal een enkelzijdige achterwiel ophanging, waarvan twee maal links en één maal rechts. Spaakwielen bij de Honda en BMW, bij Triumph is -helaas- voor aluminium velgen gekozen.
En dan zijn er nog mensen die stellen dat wij het mooiste beroep van de wereld hebben. Soms wel, maar bij een graad of 7 en plensregen voelt dat toch echt anders daarvoor was de fiets té zeer van een andere planeet, maar van Yamaha’s Super Ténéré hadden we qua verkoopcijfers toch echt wel wat meer verwacht. Niet alleen had Yamaha gedaan wat je van een Japanner verwacht, kopiëren maar dan beter, bovendien had het merk perfect ingespeeld op het sentiment van de oude Dakar rally motoren. Echter, waar wij overtuigd waren van de betere kwaliteit van de concurrenten, wezen de verkoopcijfers het tegendeel uit. In 2011 gingen er in ons eigen kikkerlandje alleen al 564 GS’en van de hand, terwijl van de Multistrada en Super Ténéré samen 266 werden verkocht.
Tot zover de geschiedenis, terug naar 2012 waar zich opnieuw twee nieuwe uitdagers (grappig genoeg wederom een Japanner en een Europeaan) voor de 1200GS hebben aangemeld. De Honda CrossTourer en Triumph Tiger Explorer, twee motoren die vanaf scratch zijn ontworpen, maar die beide toch duidelijk hun roots in de familie hebben liggen. De Tiger Explorer is een nazaat van de vorig jaar geïntroduceerde Tiger 800, terwijl de CrossTourer het neusje van de zalm is voor wat betreft de New Concept familie,die vorig jaar met de Crossrunner voor het eerst haar intrede deed. En dat is meteen het verschil tussen deze twee uitdagers, waar Triumph met de Tiger heel erg goed de GS heeft bestudeerd heeft Honda toch duidelijk zijn eigen koers gevaren. Duidelijk New Concept, alsof de CrossRunner en NC700X in elkaar zijn versmolten. Zeker de versie zonder koffers, waarmee wij het ditmaal mochten doen, geeft je allerminst het gevoel met een allroad onderweg te zijn, in tegenstelling tot de Triumph die dat van a tot z lijkt uit de schreeuwen.
De verschillen tussen deze drie fietsen hadden dan ook niet groter kunnen zijn. Waar de BMW vooral uitblinkt in z’n gigantische formaat, dat een hummer nog doet verbleken, is de Tiger hier de afgetrainde versie van terwijl de CrossTourer eerder een sportieve groottoerist op hoge poten lijkt te zijn. Hetgeen wordt verstrekt zodra je op deze drie fietsen plaats hebt genomen.
De zithouding van de Triumph en Honda lijken nog het meest op elkaar, enkel de voetsteunen lijken bij de Honda net wat sportiever te staan. Het zadel van de Triumph is bovendien in hoogte te verstellen, maar ondanks mijn korte bouw van 1.72 mtr gaf ik snel de voorkeur aan de hoge stand.Niet alleen zitten in de lage stand de voetsteunen verhoudingsgewijs net een beetje té hoog, bovendien wordt het zadel dan niet meer goed door de duozit opgesloten waardoor het met hard remmen en accelereren op en neer wordt geschoven.Dat de twee fietsen ondanks hun soortgelijke zit toch totaal verschillend zijn opgebouwd leert een blik op het stuur, de Honda heeft beduidend langere raisers waardoor het stuur veel verder van de kroonplaat staat en het neusje met ingebouwd digitaal display veel verder weg lijkt te staan. Bovendien heeft de Honda de kleinste ruit, waardoor de fiets het minste ‘allroad’ gevoel in je los zal maken.
Dit in tegenstelling tot de BMW, die dat verdomd goed heeft begrepen en waarschijnlijk daarom al jarenlang zo gretig aftrek weet te vinden. Stap op de GS en het is alsof je een olifant bestijgt.Alles, maar dan ook alles is in XXL uitgevoerd, waardoor je het gevoel hebt als King of the Road op een Scania op twee wielen over het asfalt te denderen. Nu was dat stilstaand niet altijd even handig,maar tijdens het rijden blijkt die riante zithouding juist heel erg comfortabel te zijn. Ontspannen en ruim, waarbij enkel aan de rechterzijde de laars soms tegen het inlaatspruitstuk wilde tikken maar wat geeneens als vervelend werd ervaren. In tegenstelling tot de Tiger Explorer, waarvan het koppelingsdeel ver buiten de motor steekt en als lastig obstakel werd ervaren. Zo robuust en stoer als de zithouding is, zo is ook de afwerking van de GS die zelfs een Moldavische hoer tot lekker ding zal bestempelen. De ruit is van een formaat dat je haast een ruitenwisser mist, en bovendien opgehangen aan een onooglijk aluminium frame waar zo je ondergoed aan kan drogen, maar ook dat zal de GS rijder waarschijnlijk juist als verkoopargument zien.
Het no-nonsense concept is ook bij het display van de GS doorgevoerd, wat van deze drie fietsen de hoogste old-school factor heeft. Een conventionele kilometerteller met daarboven geplaatste toerenteller in combinatie met een digitaal display, waar wél een arsenaal aan informatie uit is af te lezen. Dat dan weer wel. Naast tripmeters en nog te rijden kilometers voordat je moet tanken (bijna 500 km, goeiendag!) is onder andere het actueel verbruik, gemiddeld verbruik en de bandenspanning af te lezen. Hoe uitgebreid het display echter is, het valt in het niet bij de Tiger Explorer die daar nog een flinke schep bovenop heeft gedaan. Het is niet mogelijk om via Blue Tooth je Whattsapp berichten te lezen, maar dat is zo’n beetje het enige wat bij de Triumph ontbreekt. Naast tripmeters met verbruiks- rijtijd- en nog te rijden informatie is ook temperatuur en bandenspanning af te lezen, en bovendien is in het menu de ABS en Traction Control in te stellen. Alsof dat nog niet genoeg is ziet het display er van alle drie het fraaiste uit. De minste punten gaan ditmaal naar Honda, dat weliswaar een modern ogend digitaal display heeft toegepast, maar juist daardoor het minste allroad gevoel weet los te maken en bovendien van alle drie de minste informatie heeft ondergebracht.