Test: Aprilia Shiver 750 GT ABS
RST
Inhoudsopgave |
---|
Test: Aprilia Shiver 750 GT ABS |
S of GT |
ABS |
RST |
Conclusie |
Vermogensbank |
Technische gegevens |
RST
Om de gang erin te houden heeft de Shiver zoals gezegd 3 verschillende mappings waar je mee kan rijden, te weten ‘R’, ‘S’ en ‘T’. Het lijkt of ze bij Aprilia er een sport van maken om bij elke motor met meerdere rijstanden een andere indeling te maken. Bij de Shiver staat de R voor rain, S voor sport en T voor Touring. Zowel in stilstand als tijdens het rijden kan je wisselen in welke stand je wilt rijden. Dit wordt gedaan door startknop in te drukken.
Rijden in de regenstand is het net alsof iemand achter je motor staat en je tegenhoudt wanneer je aan het gas draait. Handig misschien voor als het met bakken uit de lucht komt, maar de meest zullen dan toch niet vol aan het gas draaien. Met de R in het dashboard kan je dit misschien nog wel doen, maar aangezien we amper regen hebben gezien tijdens de testperiode kunnen we dit niet met zekerheid zeggen.
De sportstand klinkt misschien wel het aantrekkelijkst om in te rijden, maar de praktijk – en de vermogensuitdraai verderop in dit artikel – laat zien dat er met de toerstand maar weinig verschil is. Vanaf zo’n 3000 toeren per minuut is er op papier eigenlijk totaal geen verschil te zien. Zowel de het vermogen als de koppelskromme zijn identiek aan elkaar. Tijdens het rijden is er nog wel enigszins verschil te merken en dat is vooral op de gasreactie.
In de sportstand resulteert elke beweging van de gashendel in een reactie van de motor. Zelfs als je zelf niet het gas wilt beroeren – maar dat het gebeurt omdat de weg hobbelig is – dan kan de Shiver erg onrustig overkomen. De Shiver is dan misschien wel net een gifkikkertje met hoe ze reageert op het gas, om (langere tijd) lekker te rijden in de sportstand is een vloeiende rijstijl, met hogere toeren en op een glad asfalt wenselijk, oftewel op een circuit bijvoorbeeld.
Verbruik Aprilia Shiver 750 GT ABS
Hoogst: 1 op 18,1
Laagst: 1 op 20,0
Gemiddeld: 1 op 19,4
In de toerstand is het ‘nerveuze’ karakter niet aanwezig. Voor het gevoel tijdens het rijden zit de wereld van het verschil in dat de Aprilia net even minder abrupt reageert op een beweging van het gas. Als het ware of er een hele kleine vertraging aanwezig is, wat niet de rijervaring en –prestaties beïnvloedt, maar wel de Shiver GT vloeiend en mooi laat reageren op de bewegingen.
Onder de 3000 toeren is er misschien wel minder vermogen en koppel aanwezig in de toerstand, maar als de rijstijl zo is dat het allemaal meer van belang is dan zal je toch niet snel onder de 4000 toeren komen. Dan heeft de Shiver het gewoon meer naar haar plezier als het gaat om het snel oppakken. En zoals gezegd en te zien is op de vermogensuitdraai, zit er dan geen verschil in koppel en vermogen tussen S en T. ‘Touring’ zal dan ook de mapping zijn waar vooral in gereden wordt.
Behalve dat de Shiver zich meer op haar gemak voelt met meer dan 4000 toeren te rijden, is er nog een rede om wat hogere toeren aan te houden. De uitlaten in het kontje zijn niet alleen fraai vormgegeven, als er op toeren wordt gereden produceren ze tevens een mooie sound. Er is bij stationair draaien en in de lagere toeren al een mooie brom te horen, maar als de toeren omhoog gaan – vooral boven de 6500 – wordt het een waar genot. Wordt het tijd om de muziek uit te zetten, dan kom nog wel steeds obstakel tegen. Namelijk de voetsteun. Om de jiffy uit te klappen, moet je met je voet onder het voetsteuntje op zoek het stangetje om deze naar beneden te zetten. Jammer dat ze daar sinds de introductie nog geen oplossing voor hebben gemaakt.