Zoeken

Test: Kawasaki Z500 SE

Volwassen

22 april 2024

“Volwassen”, dat is het eerste dat in me opkomt als vanuit het hotel in Alicante koers wordt gezet richting het achter de kustlijn gelegen bergachtige landschap dat ons op het hoogste punt vandaag ruim boven de 1.000 meter zal brengen, met een verscheidenheid aan wegen, variërend van heerlijk strak tot hobbelig, al dan niet vanwege een overdaad aan teerstroken, maar over het algemeen wel breed en overzichtelijk en alleen al daarom een waar Mekka voor wie lekker sportief knallen wil.Volwassen dankzij
Wereldschokkend: geen wavedisks meer, maar 'gewone' schijven. De vertraging is echter prima

Het blok is echt fan-tas-tisch. Klinkt ook helemaal niet verkeerd, ondanks de joekel van een demper

Waarom 2 schijven doen als 1 volstaat? Enige stelmogelijkheid: de veervoorspanning achter
die beduidend betere zit en volwassen dankzij het blok dat van onderuit zo sterk aanvoelt dat je totaal niet meer het idee hebt met een vierenhalf A2-fietsje op pad te zijn. Om je een idee te geven: krappe rotondes nemen in vierde versnelling bij iets meer dan 30 km/u slikt de Z500 als zoete koek, waarna de motor erg mooi oppakt. Wat een verschil met z’n voorganger, die het liefst boven de 7.000 tpm wilde worden gehouden. Eenmaal in het berglandschap blijkt het overgrote deel van de route de derde versnelling te volstaan, met af en toe een uitstapje naar de tweede of vierde versnelling. Meer dan dat heb je in de bergen eigenlijk niet nodig. 

Hoewel nog steeds heerlijk compact voelt de zithouding van de Z500 vanaf de eerste meters een stuk volwassener aan en heb ik zeker niet het gevoel met een uit de kluiten gewassen brommer op pad te zijn. De zithoogte is met 785 mm gelijk gebleven, wel is de vorm van het zadel aangepast. Het voorste deel waar je normaal gesproken zit is nu vlak en loopt daarna schuin omhoog, waardoor het natuurlijker aanvoelt wanneer je je kont naar achteren schuift voor die sportieve zit. De voetsteunen zijn iets naar voren geplaatst, waardoor ik in combinatie met dat vlakkere zadel niet meer het idee heb in een ‘poep-zithouding’ te zitten, zonder daarbij in de weg te zitten wanneer je beide voeten aan de grond zet. Kleine aanpassingen, maar wel met een groot verschil, ik tegenstelling tot z’n voorganger heb ik totaal niet meer de behoefte het zadel om te ruilen voor het 30 mm hogere exemplaar dat als accessoire leverbaar is.

 

Vanaf lage toeren bouwt het blok z’n vermogen zeer lineair op, waardoor een behoorlijk brede powerband is ontstaan en je zoals gezegd lang niet zo vaak hoeft te schakelen dan je zou verwachten. Wat ergens wel weer jammer is, want dat schakelen doet de Z echt perfect, zowel met als zonder koppeling bij zowel het op- en terugschakelen. À propos koppeling: die is van het type slip-assist, Twintig graden en zon. Wat een verschil met bij onswat betekent dat de koppeling zeer weinig handkracht vergt (assist) en de achterkant niet gaat stuiteren wanneer je bij hard remmen te rap hebt teruggeschakeld (slip). En dat is echt superfijn voor zowel de beginners als de experts.

Wel valt het me op dat bij een verkeerslicht de neutraal soms wat lastiger te vinden is, wat best opmerkelijk is, wat helemaal niet des Kawasaki’s is. Nu heeft ‘onze’ Z500 nog geen vijfhonderd kilometer op de klok, maar we zijn meer dan eens met nog maagdelijkere kilometerstanden op pad gegaan en hebben dit nog niet eerder meegemaakt. Het is echter meteen de enige smet op het verder fantastische en heerlijk smeuïge motorblok, dat verder over een heerlijke gasrespons beschikt die lekker direct is, zonder daarbij nerveus aan te voelen. Geen aan/uit, maar zeer vloeiend. Zo zien we ’t graag. 

Het gemak waarmee de Z500 de bocht kan worden ingestuurd of van het ene op het andere oor kan worden gelegd is zó verbluffend dat als je niet oplet je simpelweg te vroeg hebt gestuurd en de motor iets moet oprichten om te voorkomen dat je binnenkant bocht door het gras gaat. De Ninja is zeer mooi op lijn te houden, maar is tegelijkertijd ook gemakkelijk van richting te veranderen. Dat klinkt tegenstrijdig, maar is het niet. Lichtvoetig, maar niet nerveus. De vering is sportief genoeg om de Z500 helemaal uit te melken en tegelijkertijd comfortabel genoeg om ook over slechte wegen te kunnen raggen. Dat de demping van de Showa vering niet instelbaar is, vinden we dan ook helemaal niet erg. Het enige dat kan worden gesteld is de veervoorspanning achter, dat met een Nog zo'n koud en nat voorjaar in NL en je zou serieus overwegen om hier naar toe te gaan haaksleutel moet worden gedaan, maar ook daar hadden we geen enkele behoefte aan. 

Tot slot de remmen, waar Kawasaki een baanbrekende aanpassing heeft doorgevoerd. Voor het eerst in misschien we meer dan een kwart eeuw tijd (we kunnen het ons eerlijk gezegd niet meer heugen wanneer ze bij Kawasaki werden geïntroduceerd) heeft Kawasaki namelijk de kenmerkende wavedisks vervangen door normale remschijven uit huize Nissin: een 310 mm schijf voor en een 220 mm schijf achter, beide met Nissin tweezuiger remklauw en voorzien van een Nissin ABS unit. De remvertraging is uitstekend, maar verwacht geen een-vinger “oog uit de kas” vertraging à la een Supersport of Hypernaked. De achterrem blijkt bovendien in de bergachtige omgeving zeer nuttig te zijn, waar de bochten soms net effe wat scherper blijken te zijn en met de achterrem de snelheid net dat beetje dat nodig is kan worden gecorrigeerd.