Zoeken

Test: Triumph Speed Triple 1200 RR vs. MV Agusta Superveloce

Blikvangers

19 januari 2023
Waar fabrikanten in de meeste segmenten het accent op prestaties en stuureigenschappen hebben gelegd om als beste paard van stal te worden bekroond, lijkt het erop dat het bij de Neo-klassiekers vooral om de coolheidsfactor draait. Motorfreaks nam de proef op de som en trok met de twee übercoolste uit dat segment, de MV Agusta Superveloce 800 en de Triumph Speed Triple 1200 RR, naar het warme en zonnige Dijon.

Terwijl de regen met bakken uit de hemel valt en het met zo’n 8 graden Celsius weliswaar best warm is voor de tijd van het jaar, maar mede ook vanwege de sterke wind niet bepaald uitnodigt om een kwiek stukje te gaan toeren, denk ik terug aan naar hoe anders het een half jaar geleden was, toen Zomer 2022: na 2 jaar lockdown was de wereld eindelijk weer van slot gegaanmet twee van de coolste motoren op de markt koers richting het circuit van Dijon werd gezet om antwoord te vinden op de vraag: draait het echt om zien en gezien worden, of spelen prestaties en gebruiksgemak wel degelijk een rol?

Het was laat in de middag dat ik op een fraaie zomerdag me bij Joppen Motoren in Leende meldde om de Superveloce 800 op te halen. De MV dealer had net een punt achter een succesvolle MV demo-dag gezet, waardoor buiten in de line-up een 3-tal Superveloces in de zon stonden te blinken: één in het o-zo herkenbare MV rood/grijs en twee in het prachtige en in het oog springende geel/zwart, waarvan de ene met goudkleurig buisframe en dito wielen en de andere met zwart frame en zwarte wielen. Die laatste was in mijn ogen de allermooiste kleurstelling en tot mijn groot genoegen bleek dit ‘onze’ kleur te zijn. 

De MV kreeg al snel gezelschap van de Triumph Speed Triple 1200 RR, de Neo-klassieke variant op de Speed Triple 1200 RS, die een jaar eerder nog door ons op het circuit Maar dat was voor ons niet het hoogtepunt. Wat te denken van twee van dit soort fietsen op Dijon?van Mettet was getest en waar ik doen behoorlijk van onder de indruk was geweest. Met clip-ons en een bijzonder fraaie tophalf kuip zou het op Dijon alleen maar beter moeten gaan. Of beter gezegd: nóg beter!

Vanaf het moment dat we op het circuit van Dijon waren gearriveerd, waar we de komende twee dagen te gast waren bij een door EYBIS georganiseerd track-event, verzamelde zich al snel een groepje belangstellenden, om te kijken naar wat door ons uit de bus werd gehaald. Het liefst waren we er op de motoren zelf naar toe gereden, maar dat rijden op straat zou de komende dagen wel worden ingehaald. Per slot van rekening was het van pak ‘m beet 5 uur ’s ochtends tot 10 uur ’s avonds licht. 

Tekst: Ron Huijs
Fotografie: Jacco van de Kuilen, HelloFoto
Met dank aan: EYBIS