Zoeken

Test: Vespa GTS 125 en GTS 300

Conclusie

28 november 2022

Vespa vond het weer tijd om succesnummer GTS voor het nieuwe modeljaar onder handen te nemen. Zonder het concept compleet om te gooien, wisten de Italianen ons toch weer in positieve zin te verrassen. Stiekem zijn er namelijk toch de nodige wijzigingen doorgevoerd, die allemaal een positieve uitwerking hebben gehad. Zo vind ik de nieuwe velgen een absolute verbetering, "When you're in Rome, act like the Romans", zeggen ze dan. Roomser dan dit wordt het nietmaar ook het nieuwe gecombineerde analoge/digitale dashboard is geslaagd. Persoonlijk vind ik het zelfs mooier dan het TFT-display van de SuperTech; dat ik dan de turn-by-turn-navigatie moet missen, neem ik daar dan ook mee voor lief.

Kies voor een 300 (in welke uitvoering dan ook) en je krijgt een potente scooter die menig automobilist of zelfs motorfiets in de stad te snel af zal zijn. Het hpe-blok spoort je misschien ook aan om wat sportiever te gaan rijden, maar wanneer je dat doet, dan geeft ook het rijwielgedeelte geen krimp. Op de eerste plaats heb je namelijk een goede zitpositie, is hij comfortabeler dan je zou verwachten, maar stuurt hij vooral heel erg gemakkelijk zonder tegen te sputteren.

De 125 i-get doet het logischerwijs iets rustiger aan als de gashendel volledig wordt opengedraaid, maar zal ook zeker in België weer veelvuldig op de weg te zien zijn. Voor wie in Nederland ook graag met zijn of haar A1-rijbewijs een GTS 125 wil aanschaffen, is deze ervan af € 6.399,- (BE € 5.999,-). Een GTS 300 is ervan af € 7.499,- (BE € 6.999,-). Het maakt de GTS nog steeds geen prijspakker, maar het is en blijft wel een Vespa die feitelijk met geen ander is te vergelijken of concurrentie hoeft te dulden. Ook een ijzersterke restwaarde is bij een Vespa bij de prijs inbegrepen. Al met al lijkt het plaatje met de nieuwe GTS weer compleet om de komende jaren het succes te continueren, iets waar verder niemand over hoeft te twijfelen…