Zoeken

Test: Mash X-Ride Trial

Lekker onverhard

28 oktober 2022

De route die Sima voor ons uit heeft gezet gaat deels over normale geasfalteerde wegen en deels over een behoorlijk ruw en grof onverhard pad, hoewel bij tijd en wijle dat ‘normale’ best achterwege mag blijven, zo ontzettend slecht als het asfalt er soms bijligt. Dat leert me wel dat de Fast Ace vering aan de achterkant best wat meer uitgaande demping had mogen hebben, zo hard als de klappen in mijn rug zijn elke keer als de achtershock weer uitveert. Terwijl de ingaande demping juist iets stugger had mogen zijn. Wat nou geen tractiecontrole of rijmodi? Eenvoud kan soms verademend zijnOp de 43 mm Fast Ace voorvork valt daarentegen weinig op de merken, evenals de voorrem die qua specificaties beduidend minder is dan de X-Ride Classic (280 mm schijf met 2-zuiger remklauw versus 320 mm schijf met radiale 4-zuiger remklauw), maar nog steeds prima vertraagt. 

Dat de Trial helemaal niet verkeerd remt komt trouwens best goed uit, met niemand minder dan Sima CEO Fred Fourgeaud onze voorrijder vandaag. Als oud-motorcoureur in het Franse wegrace kampioenschap, de Bol d’Or en Le Mans kent Fred op straat maar een stand en die is volgas. Ook wanneer het asfalt hier en daar nog wat nat is van de regen die in de ochtend is gevallen. Om de beste man bij te houden moet er bij tijd en wijle dus best worden gepookt en normaal ben ik daar helemaal niet vies van, maar de maagdelijke kilometerstand van 9,8 kilometer en de wetenschap dat de banden nog geeneens zijn ingereden is op de natte plekken niet bepaald vertrouwenwekkend. Helemaal niet als de motor op dat donkere asfalt meer dan eens zowel voor als achter een stap opzij zet. Komt bij dat de motor verre van neutraal stuurt. In eerste instantie moet de X-Ride Trial bewust de bocht in worden gestuurd, waarna hij de neiging heeft om de bocht in te vallen. Nu herken ik dat wel van échte noppenbanden, maar deze Cordial banden hebben slechts een bescheiden noppenprofiel en zouden dus redelijk neutraal moeten kunnen sturen. De bandenspanningsmeter van collega Koen biedt uitkomst, het blijkt dat we zowel voor als achter met best lage bandenspanning aan het rijden zijn – 1,85 bar voor en 2,1 bar achter. Da’s best lekker offroad, maar voor op straat een beetje aan de lage kant. Zelf geven ze trouwens een bandenspanning van 2,25 bar op, wat het des te opmerkelijk maakt. Nu moet wel worden gezegd dat het stuurkarakter wel snel went. Echt waar, het hoeft niet zo ingewikkeld te zijn. Van ons mag dit wel navolging krijgen, gewoon twee wielen, een stuur, een tank en een zadelDe ironie is dat hoe harder je instuurt, hoe minder last je ervan hebt, maar dat is op natte wegen gemakkelijker gezegd dan gedaan. Zeker als je weet dat de banden eigenlijk nog nagelnieuw zijn. 

Kloppend hart van de X-Ride is de 644 cc ééncilinder die in z’n vorige leven door Honda in (onder andere) de Dominator is toegepast, die niet geheel toevallig (of eigenlijk wel, gezien de visuele overeenkomsten met de XT500) bron van inspiratie voor de X-Ride is geweest, evenals de Rubik’s Kubus en de Apple Macintosh trouwens, om maar even een paar andere iconische producten uit de jaren ’80 van de vorige eeuw te noemen. Mash claimt een topvermogen van 39,3 pk bij 6.000 tpm, wat zo’n 10% minder is dan destijds in die Dominator, maar toen kenden we alleen nog maar Euro 1 en inmiddels zijn we wat emissies betreft al bij Euro 5 aanbeland.

Van dat soort vermogens hoef je geen weerzinwekkende acceleratie te verwachten, maar daarmee is niet gezegd dat ‘ie niet vooruit te branden is. Sterker, denk dat er genoeg motorrijders zijn die bij het tempo dat Fred Fourgeaud heeft ingezet zullen afhaken, helemaal bij wisselende omstandigheden als vandaag. Gewoon een kwestie van de motor laten rollen en de rem alleen voor het strikt noodzakelijke te gebruiken. Het doet me ergens wel denken aan de Honda FMX, die dezelfde 644 cc eencilinder als kloppend hart heeft. Niet bijster snel, maar wel knetterveel lol wanneer je ‘m volledig uitmelkt. Mits je d’r beter rubber onder legt, of – net als Fred voor mij – de factor angst uit je hersenpan hebt laten verwijderen en echt nergens wakker van ligt. Op droog asfalt zit ik nog wel in z’n achterwiel en trap daarbij de vijfbak eencilinder heerlijk
Zouden ze bij Yamaha al balen dat ze dit zelf niet hebben bedacht? 

Geen zware klappen uit de ex-Dominator eencilinder, maar vooruit gaat het wel

Kleinere remmen dan de Classic, maar nu wel volledig instelbare vering
op z’n staart, maar als voor de zoveelste keer op het natte de motor gaat schuiven vind ik het wel mooi geweest en besluit alles wat donker en glibberig oogt met enig voorzicht te benaderen. 

Als het asfalt het veld heeft verruimd voor een serieuze onverharde weg, die eigenlijk geen weg mag worden genoemd, maar een breed pad, vol geulen, groeven, gaten en dikke stenen en keien, mag de X-Ride Trial laten zien wat hij op het onverharde in z’n mars heeft. En dat is eerlijk gezegd best veel. Sterker, het voelt alsof de motor zich nu veel beter in z’n element voelt dan op asfalt. Alsof het pad dat we moeten begaan niet slecht genoeg kan zijn, dat idee. De vering slikt alle oneffenheden voor zoete koek en ook tegen de pak ‘m beet 75 centimeter hoge wal opspringen (of ervan af) wordt de X-Ride niet warm of koud van. De ‘slechts 39 pk’ is op dit pad eigenlijk geen enkel probleem, behalve dan wanneer de rijfoto’s worden gemaakt. In de tweede versnelling komt ‘ie net vermogen tekort om de achterkant een stap opzij te laten zetten voor een mooie gecontroleerde drift, terwijl de eerste versnelling waarin dat wel lukt te kort is gegeard en je dus voor het je lief is al in de begrenzer zit en nog niet kunt driften. Ik heb m’n best gedaan, maar meer dan wat het is zat er helaas niet in.