Zoeken

Test: Harley-Davidson Low Rider S

Geen Bullshit

21 juli 2021

Het heeft toch altijd wat extra’s, zo’n Harley-Davidson. Het rauwe geronk, de mechanische bijgeluiden, de trillingen en de gave looks, die maken dat je hart wat sneller klopt als je met zo’n Harley op pad mag. En die looks vallen duidelijk bij meer mensen in de smaak. Het design is nog altijd gebaseerd op de custom-cruisers van de jaren 60 en 70 en dat werkt op de nostalgische geest van mensen. Dat doet deze git-zwarte Low Rider S helemaal. Hij is lang en laag en het lijkt alsof hij geen achtervering heeft. Oehoe oehoerend hard kwamen zie daor aangescheurd Dat is een kernmerk van de Softail-familie. In werkelijkheid scharniert het achterframe en bedient dit een onder het zadel verstopte monoschokdemper. De solo seat zelf is het optische dieptepunt van deze motor, met een zithoogte van 690 mm. Vandaar loopt de lijn schuin omhoog over de bolle tank, naar het hoge stuur en het optische hoogtepunt: het stuurkuipje. Dat is trouwens nogal losjes en beweeglijk in vier rubbers geprikt. Omdat het dasboard in de tank zit, ziet de binnenkant van het kuipje er een beetje kaal uit. De tank zelf heeft twee “vuldoppen”, waarvan er eentje een dummy is. Tanken doe je via de rechterdop, die niet afsluitbaar is. Afsluitbare doppen zijn in de accessoire-catalogus natuurlijk wel te vinden.

Geen bagage

De achterzijde van de motor is het grote, ronde spatbord de blikvanger. Het ziet er leuk uit, maar je kunt er natuurlijk geen bagage of een passagier op kwijt. Uiteraard biedt de Harley-Davidson accessoire-catalogus, die dikker is dan de Grote Larousse encylopedie, diverse zadels en bagagerekken aan waarmee dit euvel kan worden verholpen. Aan het uitwendig geplaatste achter subframe zitten trouwens ook twee uitstekende “bobbins”, waaraan je originele HD-zijtassen kunt hangen, uiteraard tegen een echt Harley-Davidson-prijskaartje. Maar in de huidige staat kun je nog geen schijfremslotje meenemen, wat dat betreft is het goed dat de motor standaard is voorzien van een alarmsysteem. Het voorspatbord is trouwens een schril contrast met het achterspatbord. Het is bijzonder kort en zal bij slecht weer weinig modder en vuil tegenhouden. Wat dat betreft is het ook apart dat het luchtfilter achter het zwarte deksel open en bloot te zien is. Het is dan ook niet van Ja, ik weet dat dit geen Norton of BSA is, maar Benny had 't net zo goed over deze Low Rider S kunnen hebbenpapier, maar van kunststofvezel, wat beter tegen water kan.Het deksel is uiteraard zwart, net als het stuur, de kroonplaten, de voorvork en de covers op de Screamin’ Eagle- uitlaten, die na een paar maanden al roest in de binnenpijpen hebben. 

Geen bullshit

Het zwarte thema wordt voortgezet in het smoke ruitje en de smoke glaasjes van de zwarte knipperlichten en het LED-achterlicht. De koplamp maakt eveneens gebruik van LED-techniek en heeft een ronde, kenmerkende LED DRL-ring. Ook de dashboardconsole op de tank is zwart.  De toerenteller is door zijn plaatsing wat moeilijk te zien, vooral met integraalhelm op. In de snelheidsmeter is een display ondergebracht. Ook dat is moeilijk af te lezen, maar dan vanwege een gebrek aan contrast. Het display toont een benzinemeter, de tijd, de km-stand, trip a en trip b en de resterende actieradius. Schakelen tussen info gaat via een knop op linker stuurhelft. De motor heeft verder geen overbodige bullshit als instelbare tractiecontrole,
Klassiek, maar toch een beetje modern. Geen moderne fratsen door alles in de knipperlichten onder te brengen, maar gewoon een ouderwets achterlicht

Dubbele tellers op z'n Amerikaans. Zadel is laag, maar door  de kuilvorm is maar een zit mogelijk

Voor remt 'ie als een tierelier, maar als je achterrem bedient gebeurt er niet zo veel
verkiesbare vermogenskrommes wheelie-controle, facebook waarschuwingen of wifi. De Low Rider S is gemaakt om te rijden.

Blokhoek

Dat rijden, dat is een belevenis op zich dankzij de machtige Milwaukee eight 114 ci V-motor. Die heeft een blokhoek van 45 graden en dat betekent dat het ontstekingsinterval 360° -45° - 360° +45° oftewel 315° – 405° is. Dat geeft een prachtig, pulserend karakter dat Harley altijd met zorg heeft gecultiveerd en ook deze motor loopt prachtig. De startmotor komt met een scherpe knal in, giert de krukas op gang waarna de motor met een mooie roffel ietwat schuddend tot leven komt. Stationair loopt hij een heel klein beetje onregelmatig, net niet te gladjes, met 850 tpm. Eenmaal op toeren draait de Twin dan weer wondermooi strak. Het Milwaukee-blok is in feite een opvolger van de Twin Cam 88, die twee nokkenassen per cilinder had. Het Milwaukee-blok heeft er maar een per cilinder. Deze worden nu ook niet meer met tandwielen maar met een distributieketting aangedreven, om het geluid binnen de perken te houden. De acht kleppen worden via hydraulische, zelf-stellende klepstoters en stoterstangen bediend. Het blok is in principe luchtgekoeld, maar de koeling wordt ondersteund door een oliestroom door de cilinderkop, die daarna in een prachtig tussen de framebuizen weggewerkte-oliekoeler wordt afgekoeld. Twee bougies per cilinder zorgen dat de pingelneiging in de 102 mm grote boring in toom wordt gehouden. Dubbele balansassen zorgen dat het vast in het frame gemonteerde motorblok niet te veel trillingen doorgeeft.