Test: Kawasaki W800 Street
Retro met een moderne twist
“Een kat met negen levens,” dat is de geschiedenis van Kawasaki’s W in één zin samengevat. Gelanceerd in 1966 en in de loop der jaren in verschillende modellen en uitvoeringen op de markt gezet sloeg de W met 624cc (de grootste cilinderinhoud van een Japanse motorfiets op dat moment waarmee Kawasaki op het wereldtoneel erkenning kreeg als big-bike fabrikant), 50 pk vermogen bij 6.500 toeren per minuut en een topsnelheid van 180 km/u in als een bom, maar werd in de jaren ’70 overstemd Dachten we dat 't na een halve eeuw over en uit was voor de W...door de viercilinders (waaronder Kawasaki’s eigen Z) en verdween eind 1974 na bijna tien jaar en exact 26.289 stuks dan ook weer van het toneel.
Om vijfentwintig jaar later weer terug te keren, maar dan als retro-klassieker als eerbetoon aan de oorspronkelijke W. Net als de oer-W werd de nu W650 gedoopte fiets aangedreven door een 624cc 360° staande twin, maar om trillingen te elimineren was nu een balansas toegepast. Het grootste verschil zat ‘m echter in de klepaandrijving, de onderliggende nokkenas met stoterstangen (gebruikelijk in die tijd) had het veld geruimd voor een bovenliggende nokkenas met koningsas aandrijving – net als Ducati in de jaren ’70 had gedaan. Opnieuw haalde de W haar eerste lustrum niet, de retroklassieker werd in 2008 uit het gamma genomen omdat ‘ie niet aan de emissie-eisen voldeed.
Drie jaar later herrees de W echter opnieuw uit z’n as, in vorm van een W800. Ten opzichte van de W650 had Kawasaki de cilinderinhoud naar 773cc vergroot en daarnaast waren de carburateurs voor benzine-injectie ingeruild om aan de emissie-eisen van Euro 3 te voldoen. Om vijf jaar na dato exact hetzelfde lot beschoren te zijn als de W650, maar dan met Euro 4 als boosdoener. Als eerbetoon aan 50 jaar W werd door Kawasaki nog een laatste Final Edition uitgebracht, waarmee nu definitief het einde van een tijdperk leek te zijn ingeluid.
Daar had Kawasaki ons echter mooi mee op het verkeerde been gezet. Net als die kat heeft Kawasaki de W800 voor 2019 weer een nieuw leven ingeblazen en niet Komt 'ie drie jaar later weer terug, en niet één, maar twee: Street en Caféalleen dat: net als de oer-W hebben de groene jongens er twee versies van uitgebracht: W800 Street en W800 Café. Een om mee te sturen en een om mee naar ’t erm… café te gaan.
Dat de W800 Street meer is dan een ‘W800-die-nu-wel-aan-Euro-4-voldoet’ wordt me meteen duidelijk als ik in Hoofddorp bij de importeur mijn been over het zadel heb gegooid voor een eerste rit binnendoor naar huis. De W800 Street oogt en rijdt alsof ‘ie van de eerste tot de laatste schroef is vernieuwd en voelt op écht alle vlakken beter dan de oude W (stuurt beter, remt beter, loopt veel mooier, zit relaxter, maar daarover uiteraard straks meer), maar als ik na anderhalf uur rijden bij mij de Street… geintje, straat inrijdt weet ik nog niet of dat per definitie ook beter is. Of ik er ook vrolijker van wordt.
Dat moesten we dan maar eens uitzoeken.
Tekst: Ed Smits
Fotografie: Anita van Rooijen