Test: Yamaha YZF-R3
Kleine inhoud, grote lol
Inhoudsopgave |
---|
Test: Yamaha YZF-R3 |
Kleine inhoud, grote lol |
Brede Powerband |
Beheersbare lol |
Conclusie |
Technische gegevens |
Je zou het bijna vergeten in de wapenwedloop van pk-monsters. Vroeger was 65 pk angstaanjagend, in de jaren negentig was 120 pk iets om groene diarree van te krijgen en nu vinden we 200 pk eigenlijk al iets te tam. Al hebben we op dat soort machines 4000 euro aan elektronica nodig om ons te redden voor onze onderbemeten skills. Met als gevolg dat dit soort machines evenveel kosten als een gemiddelde gezinswagen en de verkoopaantallen harder kelderen dan je spaarrente bij het Asociale Bonus Nest. Tijd voor Yamaha om de motorrijder even met beide motorlaarzen op de grond te zetten en een 321cc metende tweecilinder supersport te presenteren, die slechts 42 pk levert. Zielig? Helemaal niet, want op het race-circuit van Calafat blijkt dat je met 42 pk een hele hoop lol kunt beleven. Moet je het ding natuurlijk wel een beetje op toeren jagen. Dus pas schakelen als de schakellamp in het dashboard aangaat, vlak voor het rode deel van de toerenteller wordt bereikt. Dan ronkt de tweepitter er lekker vlot vandoor en bereikt hij op het rechte stuk in de zesde versnelling toch al snelheden die tegen de 160 km/h liggen. Een armenstrekkende, oogbolverpletterende acceleratie zit er natuurlijk niet in, maar daarvoor krijg je wel iets terug: wendbaarheid en controle. Je kunt bij het aansnijden van de bocht straffeloos het gas open zetten. De gasreactie is bij hogere toeren lekker direct, maar het effect zeer beheersbaar. De acceleratie is in de lagere versnellingen vlot genoeg om te voorkomen dat het saai gaat aanvoelen, zelfs voor een ervaren rijder. Het gaat gewoon lekker sportief, maar je hebt wel het gevoel dat je alles onder controle hebt. Je rempunten en bochtsnelheden zorgen daarbij dat je toch de nodige extra adrenaline in je bloed krijgt.
Fronsend
De nieuwe Yamaha YZF-R3 is dus een echte supersport, die je voor iets minder dan zes ruggen in je schuur hebt staan. En dan heb je ook iets, want de machine ziet er gelikt en snel uit, geheel in stijl met zijn grote broer, de YZF-R6. De R3 is wat slanker en is lekker agressief gestyled, met twee scherp gevormde koplampen die boos fronsend voor zich uit kijken. Het dashboard is ook in stijl. Er is een grote toerenteller, omdat toerentallen voor sportieve rijders belangrijk zijn en dus goed leesbaar moeten worden getoond. Verder zijn er twee displays met allerhande info, w
Het display ziet er volwassen uit. De kuip is meerlaags vormgegeven
De neus doet denken aan de 2005 YZF-R6
Van welke kant je 'm ook bekijkt, het is gewoon een lekker strak dingaaronder een versnellingsindicator is te zien. Boven het dashboard zit een instelbare, witte schakellamp.
Opvallend is dat de kuip van de R3 is opgebouwd uit over elkaar liggende panelen. De spleten daartussen zorgen voor een goede afvoer van warme lucht en geven de motor een licht uiterlijk. Een korte, hoekige uitlaat geeft een eigentijdse uitstraling en zorgt samen met de onder het blok geplaatste collector voor een laag zwaartepunt en een hoge mate van massacentralisatie. LED achterlichten en geribbelde metalen voetsteunen maken het sportieve uiterlijk af.
Ontspannen zit
Meestal voel ik bij het woord Supersport al krampneigingen in mijn knieholtes en opkomende RSI in mijn polsen, maar de YZF-R3 laat zien dat schijn zo bedrieglijk is als een moderne bankdirecteur. De zithouding is op de R3 zelfs uitermate ontspannen, met een zithoogte van slechts 780 mm en een voetsteunafstand die geen zwarte band in Yoga vereisen om de benen kwijt te kunnen. De clip-ons zijn boven op de kroonplaten bevestigd en steken genoeg omhoog om ze met een lichte buiging vast te pakken. Je kunt er nog steeds voor kiezen om plat achter het ruitje te gaan liggen, maar je kunt ook ontspannen rechtop zitten. En dan denk je natuurlijk dat je op die manier voor windvaan speelt, maar dat valt mee. Op de snelweg naar het circuit van Calafat trekken we de machines die ochtend even flink open en tipt de teller met een slipstreampje zelfs de 180 km/h aan. De licht voorover gebogen zithouding geeft daarbij genoeg weerstand tegen de rijwind, die over het ruitje komt. En wat ook opvalt is dat de machine bij die snelheid stabiel blijft aanvoelen. Niet verkeerd! Ook niet verkeerd is dat je met je hoofd zover boven het ruitje zit, dat je onverstoorde, turbulentievrije rijwind om je oren krijgt. Scheelt een boel herrie!