Test: Yamaha MT-09 Tracer
Aansluiten
Inhoudsopgave |
---|
Test: Yamaha MT-09 Tracer |
Minder is meer |
Dashing |
Aansluiten |
Conclusie |
Technische gegevens |
Er is ook nog een B-mode, en die is die ochtend mijn favoriet. In die stand levert het blok wat minder koppel en is de gasaaname zo soepel dat het lijkt of de gaskabel van overjarig onderbroekenelastiek is gemaakt. Dat is geen overbodige luxe op de zeiknatte straten van de Costa del Sol, die zijn naam die ochtend geen eer aan doet. Er is stikdichte mist en de straten zijn vuil en modderig, zodat de tractiecontrole er zijn handen aan vol heeft. Die kan overigens op drie manieren bijsturen: door de ontsteking te verlaten, door de gasklep van het ride-by-wire-systeem bij te sturen of – als de noodrem echt gewenst is – door de injectie te onderbreken. Dat werkt als een tierelier en heeft er op diverse modderige stukken toch wel toe bijgedragen dat men de gepoetste kant boven wist te houden. Maar 's middags werd het allemaal een stuk prettiger, toen de zon er door kwam en de straten opdroogden. Toen konden we het levendige karakter van de driepitter maximaal uitnutten, geholpen door een goed doordachte transmissie. De koppeling werkt soepel en heeft een kort aangrijpingstraject. De bak schakelt lekker kort en redelijk soepel, alleen van de 2 naar de 3 soms met wat bijgeluid. Maar het mooiste is hoe de versnellingen op elkaar aansluiten. Bij veel motoren zit er een gat tussen de eerste en de tweede versnelling, waardoor je in fileverkeer of in de bergen vaak niet goed weet welke versnelling je moet pakken. De 1 van de Tracer is echter lekker lang, waardoor je in haarspeldbochten vaak heel goed naar de beginversnelling terug kunt. De Tracer blijft dan goed te beheersen, deels doordat de versnelling lang is, maar vooral ook omdat de gasreactie gewoon erg soepel is. Verder heb je in de bergen nauwelijks meer dan drie versnellingen nodig, omdat het blok een enorm brede powerband heeft. Ik heb veel in de tweede versnelling gereden: je komt dan lekker vlot uit de bochten en kunt doorjassen tot boven de 120 km/uur. De motor is dan enorm snel en remt ook lekker af op de motor. Wil je rustiger rijden, dan loont het om verder op te schakelen. Je kunt dan redelijk schakellui rijden. In de zes draait de motor bij 100 km/uur 4.000 tpm. Hij gaat er dan nog redelijk vlot vandoor als je het gas open zet, maar voor inhalen kun je natuurlijk beter terugschakelen.
John Wayne
De Yamaha Tracer is een heerlijke, sportieve toermachine, die niet alleen uitmunt in wendbaarheid en emotie, maar ook in comfort. We haalden bijna 250 km die dag en van mij had het nog wel wat meer mogen zijn, want het comfort is fenomenaal. Dat is dan ook een van de punten waar Yamaha veel aandacht aan heeft besteed. Het zadel voor de rijder is langer en dikker geworden, net als dat van de passagier. Het taps gevormde, aluminium stuur staat op hoge risers, die omgedraaid kunnen worden als je het stuur graag 10 mm verder van je af zou willen hebben. Het stuur is heel breed, het is 45 mm breder dan dat van de gewone MT-09. Dat tezamen zorg ervoor dat er een lekkere rechte zitpositie ontstaat die enorm veel macht over de machine biedt. Opvallend is ook dat er enorm veel beenruimte is. Het zadel kan in hoogte worden versteld van 845 naar 860 mm. Met een lowering kit - bestaande uit een andere zitting en een andere link - kan de zit nog naar 815 mm worden verlaagd. Voor mij niet nodig. Ik kan met mijn 1.83 mm nog goed bij de grond in de 845 mm-stand. Ik zit dan prinsheerlijk op het goed gevormde zadel, dat ondanks zijn 30 mm dikkere polstering lekker stug is en veel steun biedt. Ondanks de bredere tank heb je trouwens niet het gevoel dat je in een wijdbeense John Wayne houding in het zadel zit. Je kunt de knieën lekker tegen de tank aanleggen zonder dat er uitstekende delen zijn die ergens in je been prikken. Prettig zijn ook de handkappen, die niet alleen een gaaf design hebben, maar ook een formaat dat de nodige rijwind van je klauwen houdt. Niet bepaald overbodig als we met een graad of vijf en stikdichte mist bij het Hotel in het Zuid-Spaanse Ronda wegrijden. Ook het ruitje blijkt daarbij goede diensten te verrichten. Het kan met de hand in drie standen worden versteld, met in totaal 30 mm verstelbereik. Je moet daarvoor wel afstappen en een paar draaiknoppen losdraaien. Op zich verstandig, dan blijf je er tijdens het rijden tenminste af. Ik laat hem in de laagste stand staan. Dat zorgt voor afdoende bescherming en maakt niet al te veel turbulentiegeluid. Dat komt omdat Yamaha ervoor heeft gezorgd dat er via de kieren onder de ruit en langs de smalle basis van de ruit lucht kan, stromen, dat het vacuüm achter de ruit opheft.