Test: KTM 990 Superduke vs Triumph Speedtriple R
Conclusion
Mocht je het geluk hebben om serieus in de markt te zijn voor één van deze twee raspaarden wees dan gerust, een foute keus kan eigenlijk niet worden gemaakt. Vaak komt in een test redelijk snel naar voren welke motor de grote favoriet wordt, zo ook in dit verhaal? Beide fietsen zijn in ieder geval niet verstoken van enige eigenaardigheden.Het ligt misschien wel voornamelijk aan de toekomstige piloot welke motor als beste bestempeld kan worden. De vraag is, wil je fun of wil je sport?
De Superduke is nog steeds uniek in zijn soort en met zijn gemixte cross/sport genen nog steeds moeilijk ergens mee te vergelijken. Is het een roadster? Nee, maar het is ook zeker geen Supermotard. Het is gewoon een Superduke. Zijn enige echte grote makke, de initiële gasaanname, lijkt in eerste instantie een wel hele grote sta in de weg, maar wordt hem na enige gewenning net zo makkelijk vergeven. Vooral als je hebt ervaren met welk gemak de Duke een serie bochten aan elkaar rijgt. Natuurlijk, de Superduke is simpelweg niet gemaakt als woon-werk fiets en ook kan ik beginnende bestuurders van harte afraden op een Superduke te stappen. Maar gun jezelf een uur of twee op de KTM in een met voorkeur niet Nederlands bochtenparadijs en ik garandeer een glimlach van oor tot oor en een natte vlek in je onderbroek van pure opwinding. Deze motor is maar met één doel ontworpen en dat is 100% puur vermaak. Knallen, brullen en blèren is het devies, verder geen gezeik. Zo bezien is de niet al te gecultiveerde gasaanname niet erger dan een enigszins lastige karaktereigenschap waar mee geleefd kan worden. Het drooggewicht van 186 kilo kan gevoelsmatig met een kilootje of 30 worden teruggebracht, het brede stuur zorgt tot in de meest bizarre hellingshoeken voor eindeloos aanvoelende controle en biedt samen met het stijve frame en de smeuïge V-twin een precisieapparaat waarmee nog bochtiger toch nooit bochtig genoeg zal zijn.
Aan de andere kant staat de ietwat statige Brit die z’n neus niet ophaalt voor een haarspeldbocht en een broertje dood heeft aan een slecht wegdek. Wat slikt de Triumph dan wel? Doordraaiers! Hoe langer hoe beter. Hopelijk krijgen we in de nabije toekomst nog eens de kans deze Speed Triple op het circuit te testen, want het kan niet anders dan dat deze motor zich daar erg thuis zal voelen. Waar je de Superduke zomaar de eerste de beste bocht ingooit zonder na te hoeven denken heb je op de triple toch iets meer tijd nodig om de motor te leren kennen. Maar als de klik eenmaal is gemaakt en je je thuis begint te voelen op de Brit kan je op deze fiets serieus knallen.
Zit je er echt lekker in weet deze R je een rijervaring te bieden die je nog lang zal heugen. Je krijgt het niet voor niets, maar als je het eenmaal hebt is er meer sprake van vliegen dan van rijden. Rijgenot van de bovenste plank. De top shelf vering in combinatie met het sterke blok dat een mooi lineair vermogen in huis heeft en dat sterker aanvoelt dan de vermogensopgave doet vermoeden biedt een high end ervaring waar sommige superbike bestuurders het schaamrood van op de kaken zullen krijgen. Ben je op zoek naar een (zeer) sportieve motor waar je toch met enig gemak mee naar je werk kan rijden is de Triumph door zijn goede motormanagement en smeuïge gasaanname de betere van het tweetal. Het beeld van het makke lammetje dat ontstaat bij de term woon-werk is in ieder geval niet van toepassing op deze Brit. Hoewel we het voor het begin van de test andersom hadden verwacht is de Triumph een motor die kan bijten als z’n baasje even niet oplet. Dit komt met name door het gemak waarmee de triple zeer hoge snelheden bereikt in combinatie met het marginale gevoel van onderstuur dat je soms ervaart op de Triumph. En een te vroege ontmoeting met de buitenkant van een bocht is nooit leuk. Eenmaal afgestapt is dit snel vergeven aangezien je naar één van de mooiste nakeds van het moment staat te kijken. De R versie van de Speed Triple in deze wit-zwart-rode kleurstelling is op z’n zachts gezegd zacht voor het oog. Door de metallic witte lak en de zwarte carbon onderdelen is de Triumph echt een juweel op wielen. Daarbij moet wel worden geschreven dat voor de Speed Triple flink in de buidel moet worden getast. De Superduke die wij reden is helaas niet meer in deze vorm, maar wel als de R versie te bestellen. Hij staat wel bij een aantal dealers te koop als overjarig model en is dan een stuk zachter voor de portemonnee en dan laten we de occasions nog buiten beschouwing.
Zoals geschreven zal het echt aan de piloot in spe (en uiteraard zijn budget) liggen welke motor de beste is van de twee. Het enige echte advies dat we hier kunnen geven is testrijden en dan geen rondje om de kerk. Als de Superduke echt jouw ding is en je er een smile van oor tot oor van krijgt is de kans groot dat dit niet helemaal geldt voor de Triumph. Andersom is dit net zo. De Superduke is leuk, maar als je écht wilt knallen en het liefst alleen maar driecijferige nummers op je snelheidsmeter ziet zal de Speed Triple R een veel betere match zijn.