Zoeken

Test: Ducati Panigale V4S

Na regen komt...

14 december 2021

De lijst met vernieuwingen is absoluut indrukwekkend te noemen, maar vanuit de toren terug naar de pitstraat is de situatie er niet veel beter op geworden. Van echte regen is weliswaar geen sprake meer, maar de baan ligt er nog behoorlijk nat bij en het zou gezien de bewolkte hemel nog wel eens kunnen duren voordat dat anders wordt. Als het überhaupt al beter wordt, want voor hetzelfde geld valt er straks gewoon weer een bui. Ducati is echter op alles voorbereid en heeft de Pani’s V4S van M'n opa zei het vroeger al: "Jongen, het is nooit zo donker of het wordt weer licht."Pirelli regenbanden voorzien, die uiteraard netjes in de bandenwarmers op hun taken worden voorbereid. Nu gebied de eerlijkheid mij te bekennen dat ik een hekel aan rijden in de regen heb en om die reden dus geen idee heb wat ik qua grip van regenbanden mag verwachten. Dat in combinatie met een voor mij nieuw circuit belooft het vooral een zeer spannende eerste sessie te gaan worden. 

Ducati heeft voor ons de Panigale V4S op de Rain modus gezet, waarbij het vermogen tot 150 pk is beperkt, wat me onder deze omstandigheden toch wel een veilig gevoel geeft. Dat wordt nog eens versterkt door de zithouding: de driehoeksverhouding tussen clip-ons, zadel en voetsteunen is precies zoals je het op een superbike verwacht. Remhendel afstellen en off we go! Bij het wegrijden merk ik op dat de koppeling met een prettig gevoel aangrijpt, wat dankzij de quickshifter op het circuit weliswaar niet belangrijk is, maar op straat wel een belangrijk puntje is en uiteindelijk is de openbare weg z’n uitgaansgebied. Ik neem me voor de eerste sessie te gebruiken om bekend met motor en baan te geraken en vooral niet aan te zetten, Onvoorstelbaar hoe hard en plat je met regenbanden kunt gaan. Bizarrrrtotdat Johann Zarco voorbij komt gevlogen en me op sleeptouw neemt. Oef, dat scheelt, zowel wat de lijnen alsmede het zelfvertrouwen betreft. Niet dat het al hard gaat, maar ik heb het al prima naar m’n zin. 

De tweede sessie ligt de baan er niet veel beter bij en worden we opnieuw met regenbanden de baan opgestuurd, maar dat gaat me nu al een stuk beter dan de eerste sessie af. Ditmaal word ik door Jorge Martin gepasseerd, die ik niet veel later in bocht 8 een serieuze elbow down zie doen. Goed voorbeeld doet volgen, ik geef mijn jeugdige enthousiasme de vrije hand in een poging dat kunstje van Martin na te doen, wat tot m’n grote verbazing wonderwel slaagt. Elbow down, met full wets, het moet niet gekker worden. Helaas voor mij hebben de fotografen voor deze sessie een andere bocht uitgezocht, dát zou absoluut de foto van het jaar zijn geweest. Terug in de pits ben ik nog steeds beduusd dat me dit is gelukt. Dit zegt alles over hoe voortreffelijk de Panigale V4S werkt en stuurt, en hoeveel feedback en vertrouwen het rijwielgedeelte en de semi-actieve Öhlins vering je geeft. 

Naarmate ik de baan beter leer kennen en het tempo wordt opgevoerd begint het blok tam aan te voelen, wat wederom een dik compliment aan het adres van deze Ducati is. Als op een natte baan met regenbanden 150 pk als een mak lammetje aanvoelt, dan heb je als fabrikant je huiswerk bijzonder goed gedaan en inderdaad een fiets geconstrueerd die supergemakkelijk te rijden is. Ja, ik weet dat er een Jumbojet tussen past, maar laat mij even ja. Ben hier voor het eerst en Playstation is toch anders dan IRLHet enige dat me in negatieve zin opvalt is dat op het deel van het rechte stuk dat naar beneden afloopt er onder volle acceleratie veel onrust aan de voorkant ontstaat, maar dat is de enige smet op z’n blazoen.

Als tegen het middaguur de zon dan eindelijk doorbreekt heeft het alle schijn dat de sessies na de lunch de regenbanden voor heuse Pirelli slicks kunnen worden ingeruild, waardoor er serieus gas kan worden gegeven. Van ‘flauwtjes’ is in de Full Power mode geen sprake meer, vanaf lage toeren sleurt de V4 er ongekend vandoor en beschikt over een zeer sterk middengebied, waardoor voor je gevoel de motor aan je armen blijft sleuren totdat de groene schakellamp in het display oplicht als teken dat het tijd is de volgende versnelling te selecteren, wat de quickshifter probleemloos doet. 

De elektronisch geregelde semi-actieve vering is op geen foutje te betrappen en schiet nergens te kort, onder alle omstandigheden blijft de Pani stabiel: bij alle fasen van insturen tot lastwissels en volle bak accelereren. Ik zoek zelfs bewust de kerbstones op, die hier op Jerez best hobbelig zijn, maar ook daar heeft de firma Öhlins geen enkele moeite mee. Opmerkelijk genoeg is van de eerder genoemde onrust onder acceleratie heuvelaf nu geen sprake meer, waardoor ik sterk het vermoeden heb dat de zachtere constructie van de regenband hier wel eens de boosdoener kan zijn geweest, hetgeen later door Jorge Martin wordt bevestigd. Het enige wat me nu soms hindert is mijn laars die soms spontaan van de voetsteun schiet, maar de nog gladde zolen van mijn fonkelnieuwe SIDI Air laarzen blijken daar debet aan te zijn: geen enkele van de collega’s heeft eenzelfde ervaring gehad. 

Doordat de motor zo ontzettend vertrouwt aanvoelt en de resterende tijd eigenlijk te kort is om aanpassingen aan rijwielgedeelte en elektronica te doen hou ik het bij de default Track setting, met dat verschil dat ik de wheeliecontrole uitschakel. Waarna de Panigale in 1e en 2e versnelling mooi gelijkmatig in de ketting klimt. Tweemaal vertaalt zich dat naar een spontane neutraal als ik van 1 naar 2 tik,
Brembo Stylema vertraagt goed, maar de rem had harder mogen zijn. Quickshifter doet z'n werk perfect

De semi-actieve Öhlins Smart EC 2.0 is niks negatiefs over te zeggen

Dankzij een dikkere pijp heeft 'ie standaard nu 1,5 pk erbij, neem je de Akra's erbij dan kom je uit op 228 pk

Minstens zo belangrijk is het sterke middengebied
maar buiten dat is de versnellingsbak op geen enkel foutje te betrappen. Ducati heeft zelfs in de onderkuip uitsparingen aangebracht om frisse lucht richting de quickshifter te geleiden, zodat deze in het heetst van de strijd niet oververhit geraakt. 

De zitpositie is vrij ruim en je kunt je kont over het zadel naar achteren verplaatsen, en de kuipruit is fors genoeg zodat ook grote motorrijders zich probleemloos achter dat ruitje kunnen opvouwen. De vorm van de tank ben ik echter minder van gecharmeerd. De claim van Ducati dat de tank meer steun en support biedt tijdens het hangen onder hellingshoek, doordat bij het klemmen met je bovenbenen en knieën je bovenlichaam en de armen worden ontlast, klinkt mooi op papier, maar deze aanpassing lijkt aan mij niet besteed. Geen idee of dat aan mijn O-benen ligt of mijn voorkeurszithouding dicht op de tank, maar voor mij is de tank te smal om tijdens het aanremmen extra steun te krijgen en komt alle druk alsnog op schouders en armen terecht. Hoe makkelijk en voorspelbaar ik de motor ook vind, na twee sessies stevig doorrijden begint het hard aanremmen me toch al parten te spelen en merk ik dat het hard werken is wanneer je écht snel rond wilt gaan. 

Nu we het toch over het remmen hebben, er is een puntje dat ik op deze V4S naar persoonlijke behoefte graag zou willen aanpassen: de hardheid van de voorrem. De Brembo Stylema remmen vertraagden uiteraard meer dan uitstekend, maar bleven wel redelijk zacht aanvoelen, waardoor het gevoel in de remmen ontbrak om mijn rempunten te verleggen. Hoewel ik me ook kan voorstellen dat andere rijders het ‘zachte’ gevoel enorm aanspreekt omdat het minder intimiderend overkomt dan een rem met superveel bite.