Test: Yamaha XSR700
Feest van herkenning
Inhoudsopgave |
---|
Test: Yamaha XSR700 |
Drie pilaren |
Feest van herkenning |
Conclusie |
Technische gegevens |
Niks 'all show, no go'. Meer go dan show zelfs! En ja, da's dus gewoon heel veel go
Voor nu blijven we echter bij de standaardversie, al zijn er wel al twee alternatieven beschikbaar en aanwezig bij de introductie, als ook de ‘Faster Son’ (zonder S) creatie van designer Shinya Kimura waar het allemaal mee begon. Uniek exemplaar of niet, hij rijdt gewoon met de groep mee. Omdat het in de basis een MT07 is en we daar al vaker heel veel plezier mee gehad hebben, kijken we ook nu weer uit n
Het zit 'm in de details. En laat daar nou geen gebrek aan zijn
Ander idee? setje tankrubbers bijvoorbeeld? Of een windschermpje?aar een lekker stukje rijden. We zitten zelfs weer op een eiland (en nog erger.. ook hier hebben ze hun eigen bier), dus het kan haast niet op. De motor is maar vier kilo zwaarder dan de MT, maar draagt z’n kilo’s zonder protest. En het is voor een groot deel een feest van herkenning.
Niet alleen de wielen en het blok, maar ook de afmetingen, het meeste doet denken aan de MT. Dus als we op zoek gaan naar de startknop zien we ook daar dezelfde schakelaar als op de MT. Maar dan wordt het anders, het ronde tellertje is namelijk een verfrissend ander ding. Toch grappig dat ze dus uitgerekend voor zoiets toch weer hun best gedaan hebben. En het werkt: niet alleen zit alle informatie binnen in de kleine cirkel, het is ook nog eens goed afleesbaar. Allereerst de versnellingsindicator, daaronder met dikke cijfers de snelheid. D
e toeren lezen zich in een dunne cirkel langs de rand van het display af, onopvallend maar ze zijn er wél. En met een paar verklikkerlampjes als toetje is het geheel heel erg af. Dat tellertje is wat weggestopt achter de koplamp en tussen de stuurhelften, maar dat is eerder gedaan om je niet teveel het weidse uitzicht te ontnemen dan vervelend ver buiten je blikveld.De motor zit zoals te verwachten voorbeeldig. Het blijft uiteindelijk gewoon een naked met een brede doelgroep, niet gemaakt voor extreme snelheden of anders, dus je zit heel gewoontjes, iets voorovergebogen rechtop, heel relaxed, met alle bewegingsvrijheid om te genieten van de rit en optimaal gebruik te kunnen maken van de wendbaarheid van de machine. Om het echte verschil met de MT te weten zullen we er eens twee naast elkaar moeten zetten, maar het is in geen geval heel erg verschillend. De knieën sluiten mooi aan en als bonus geven de kapjes onder het zadel nog een extra steuntje, zodat ik me met mijn ‘krap 180’ perfect op maat voel.
Nog wat vingeroefeningen, gebaseerd op de XSR/MT. Hier de 'Super Seven' van Duitse designer JvB moto
Links Shinya Kimura's Faster Son waarhet allemaal mee begon, rechts een kant en klare custom XSR. Kun je zo kopen.
Zoals te verwachten loopt het blokje prachtig in de rondte en heeft daarbij een leuke roffel. Volgens de heren die het weten kunnen zijn de eigenschappen van het crossplane blok (oke, dus het is officieel geen paralleltwin maar een staande twin met een ander ontstekingspatroon) ideaal voor elk gebruik: vermogen bovenin, koppel onderin zodat je zowel een versnelling hoger heel relaxed kunt toeren als een versnelling lager sportief kunt gassen. En dat blijkt ook. of ik nou in twee achter v
De ronde koplamp komt terug. Omtdat 't gewoon goed is
niks mis met eenvoud (was daar geen liedje over ooit?)
Of je monteert een korter zitje en hebt ineens plek voor een rekjeoorrijder Raymond Schouten aanrace of in drie lekker door de bochten swing, qua snelheid maakt ’t uiteindelijk geen spat uit. Raymond bepaalt het tempo en is daar heel constant in, het is dus onze eigen keus hoe we daar mee om willen gaan. En dat is nog best een lastige keus, met zo weinig effectief verschil. Dus zit ik te twijfelen en schakel vaker heen en terug tussen de opties dan noodzakelijk, de motor zou hier net zo makkelijk zonder klagen kilometerslang in dezelfde versnelling kunnen blijven rijden. Tja, bergwegen he, dan krijg je dat.
Zo’n zelfde bergweg brengt ons ook in hoger sferen. Hoewel de voorspellingen nog zo zonnig waren is het in de praktijk toch net weer anders en duiken we uiteindelijk zo een wolk in. Geen regen, wel mist, kou en natte wegen. Ideaal weer om de Pirelli Phantoms eens aan te voelen, al is het hopelijk maar eventjes. Toch leuk dat er nu weer een motor is waar de Phantoms goed op smoelen, dan worden ze ook nog eens verkocht. Maar behalve een leuk aanzicht hebben ze ook nog eens een prima wegligging en is er helemaal niks op aan te merken. En Yamaha heeft met de standaard wielen en bandenmaten dus tóch een look die bij de motor past.
Hoewel er niemand is die het tegendeel kan bevestigen, lijkt het alsof de vering zelfs beter in orde is dan op de MT-07. Nou liepen de meningen over de originele vering nog wel eens uiteen, onze eigen ervaring vertelt dat het toch nogal zacht was. Toch geeft de XSR gewoon vertrouwen, feedback en balans zoals we zouden verwachten, zonder op- of aanmerkingen. Dus als het wel gelijk is hebben we ons vergist en anders heeft in Japan iemand stiekem toch de vering een kleine tweak gegeven. Hoe dan ook, ’t is geen R1, maar wel gewoon adequaat. En meer hoeft het ook niet te zijn (plus, we weten dat ook hier heel eenvoudig iets aan te doen is). Nog meer MT vinden we in de bak, die niet alleen ‘gewoon dik in orde’ is, maar ook relatief kort. Oftewel; een klein beetje spelen met het gas in eerste of tweede versnelling en je maakt een mooie hups met ’t voorwiel. We zeiden het al, wil je leren wheelieën, neem een MT. En nu dus ook een XSR. Desondanks is de topsnelheid ruim voldoende, zeker op een motor als dit, met deze doelgroep, met je open helm en kevlar spijkerbroek. En uiteraard zijn ook de remmen gelijk. En opnieuw is daar niks op aan te merken. De kleine twin was al nagenoeg probleemloos, dat is ie nu nog steeds. Hoe makkelijk wil je het hebben?
Probeer zelf maar eens te concentreren op een dragrace met zo'n startdame voor je...