Test Suzuki Address 110
Kleermaker of kliermaker?
Inhoudsopgave |
---|
Test Suzuki Address 110 |
Kleermaker of kliermaker? |
WMTC, da's toch van de Village People? |
Conclusie |
Technische gegevens |
“Als ‘ie er is, dan moeten jullie er écht mee gaan rijden, ik heb het in Japan al gedaan en kan je vertellen dat Suzuki van de Address écht een lekker ding heeft gemaakt dat ook nog eens knetterzuinig is,” aldus de Nederlandse Suzuki importeur het afgelopen jaar op de Intermot in Keulen, waar de nieuwe Address 110 aan de wereldpers werd voorgesteld. “Het was voor ons in ieder geval reden om ‘m naar Nederland te halen.” Mocht dit wereldnieuws je afgelopen najaar v
olledig zijn ontgaan, dan is dat niet vreemd: het was ook de Intermot waar de Kawasaki Ninja H2 en Ducati Scrambler werden gepresenteerd, twee modellen die dankzij hun uitgekiende marketingcampagnes vooraf alle aandacht voor zich op wisten te eisen. Daarnaast had Suzuki zelf veel belangrijker nieuws, in vorm van de langverwachte GSX-S1000 en GSX-S1000F, waardoor de nieuwe Address naar de achtergrond verdween. Met een “dat gaan we zeker doen” nemen we de uitnodiging aan, waarna het ook bij ons in de vergetelheid raakt. Tot een mail de afgelopen week: “hij heeft net z’n eerste beurt gehad en staat voor jullie klaar, wanneer komen jullie ‘m ophalen?”Nog dezelfde dag meld ik me bij de poorten van de Suzuki importeur, waar de interim PR-man me nog even haarfijn weet uit te leggen waarom de Address 110 zo’n waanzinnig gave scooter moet zijn. Het fris ogende design in de kleuren metallic Ice Silver, Titan Black of Brilliant White dat desgewenst van een sportieve Suzuki striping kan worden voorzien, de 20,6 liter bagageruimte onder het zadel, groot genoeg om een integraalhelm en motorhandschoenen in op te bergen, de twee pinnetjes ter plaatse van het scharnierpunt van het zadel die als helm haak fungeren, voor als je toevallig met z’n drieën op pad bent gegaan (iedereen die wel eens in Azië is geweest begrijpt waarom), de ruime opbergvakken aan de binnenkant van de schildplaat waarin waterflesjes kunnen worden gezet (opnieuw, wie in Azië is geweest begrijpt waarom) en niet te vergeten het verbruik van 2,04 liter op 100 km in de WMTC mode, waardoor je met een volle 5,2 liter brandstoftank exact 254,9 kilometer ver kunt komen. Goede argumenten die me direct doen afvragen waarom de Address nooit eerder naar Nederland is gehaald.
“Omdat er in het verleden geen markt voor was,” aldus de importeur. “Het is pas sinds de kredietcrisis dat mensen naar hun portemonnee zijn gaan kijken. Een motorrijder zag en ziet de Address waarschijnlijk nog steeds als een veredelde bromscooter en zal er zijn neus voor ophalen, maar voor de automobilist is deze Address een uitkomst. Dat is onze doelgroep. Hij is goedkoper dan een bromscooter, zowel in prijs als onderhoud en verzekering, voor te forenzen en gebruik in de stad is ‘ie dus ideaal.” En daar zou de beste man best wel eens gelijk in kunnen hebben. In Azië wordt scooterrijden vanaf geboorte met de paplepel i
Strak neusje. Het display had best wat moderner mogen zijn, een tripmeter ontbreekt, de tankmeter is erg negatief en de postionering van het knipperlicht-controlelampje is niet logisch gekozen.
Handig bagagerekje waar de gaten voor een topkoffersteun al in zijn aangebracht. Uiteraard mocht een haakje voor de boodschappentas niet ontbreken.
Het slot kan worden vergrendeld, het bakje is groot genoeg voor een flesje water. Onder het zadel kunnen helm en handschoenen worden opgeborgen.ngegeven en vormen scooters tot 125cc het overgrote deel van het verkeer, maar in Europa is dat een ander verhaal. Toen Suzuki de Address in 1987 in Japan lanceerde was het een uniek concept, geboren uit het idee om onder het zadel opbergruimte aan te brengen. Tegenwoordig weten we niet anders meer, maar 28 jaar geleden was het fenomeen zo bijzonder dat zelfs de modelnaam Address – een combinatie van de woorden ‘add’ en ‘dress’, daarmee doelend op garderobe of kleding – ervan werd afgeleid. Sinds z’n lancering zijn er verschillende uitvoeringen van de Address uitgebracht, variërend van 50 cc tot 125 cc, wat in totaal tot meer dan 640.000 verkochte units heeft geresulteerd.
Waar de eerste Address 110 nog ronduit een plompe bak was die de tweewieler-equivalent van een Trabant had kunnen zijn, heeft Suzuki voor deze 2015 variant de zaken grondig aangepakt. De Address legt het qua looks misschien af tegen het ijzersterke Vespa concept, maar de strakke lijnen geven ‘m zondermeer een sportief aanzien. Persoonlijk waren we voor de witte gegaan – waar je vroeger met een witte bleef zitten wil anno 2015 juist iedereen óp een witte zitten, maar ook deze zilvergrijze kleurstelling misstaat de Address niet. De scooter oogt supercompact en is dat in feite ook: de wielbasis kan met 1.260 mm best kort worden genoemd, waardoor ‘ie in combinatie met z’n smalle bouw van slechts 665 mm en lage gewicht van nog geen honderd kilo rijklaar als een bal in de flipperkast door het drukke verkeer te manoeuvreren is. Opvallend daarbij is dat ondanks de compacte bouw er v
oldoende beenruimte is gecreëerd. Het zadel is lekker ruim, maar voor écht lange afstanden is het minder geschikt, zo wordt me duidelijk tijdens een trip naar het wonderschone Limburgse land, maar daarover later meer.Volgens Suzuki zal het frisse design van de Address de aandacht van argeloze voorbijgangers weten te trekken – wat ten opzichte van die plompe voorganger ongetwijfeld waarheid als een Milka-koe zal zijn, maar veel belangrijker zijn echter de aanpassingen die de engineers in Hamamatsu motorisch hebben doorgevoerd. De tuimelaar in de kop is nu van een rollager voorzien dat over het nokprofiel loopt om de weerstand te verlagen, met als bijkomend voordeel dat de afmeting –en het gewicht– van de oliepomp kon worden verkleind. Daarnaast is het hemd van de zuiger en de diameter van de zuigerpen verkleind, wat heeft geresulteerd in een lager gewicht en verminderde frictie. Tot slot is de vorm van de inlaatpoort, de hoek tussen de kleppen en het oppervlak van de uitlaatklep geoptimaliseerd en is de focus op de luchtstroming in de cilinder (in het vakjargon Tumble Flow) gelegd. Dit alles moet volgens Suzuki hebben geresulteerd in het ongekend lage brandstofverbruik van nét geen 1 op 50.