Introductie: Piaggio X10
Volslank
Inhoudsopgave |
---|
Introductie: Piaggio X10 |
Echt Italiaans |
Volslank |
Conclusie |
Technische gegevens |
Wanneer ik de poort uitrijdt van de uitermate fraaie Italiaanse Ambassade, die Piaggio als uitvalsbasis heeft gekozen, valt me meteen op dat de X10 350 uitermate licht stuurt. Stilstaand leek hij nogal “volslank”, maar er blijkt een groot verschil tussen de statische en dynamische beleving te bestaan. Zodra je rijdt, voelt de X10 uitermate lichtvoetig.
Hadden we al gezegd dat de afwerking prima voor elkaar is? Verlichte bedieningskloppen, net een Apple
De achterkant maakt het verschil tussen 350 en 500. Niet moeilijk te raden welke dit isterwijl ze samen een bult remkracht leveren als je doorknijpt. Wel jammer dat de hendels niet instelbaar zijn, voor mij zitten ze net wat te ver bij het stuur vandaan. Maar het is wel prettig dat er een driekanaals ABS-systeem op zit, althans, op de Executive. Alle versies beschikken wel over een parkeerrem, die automatisch wordt geactiveerd als de zijstandaard wordt uitgeklapt.
Strak
De X10 blijkt een lekker vervoermiddel om mee door het drukke stadsverkeer te rossen, al moet je wel rekening houden met zijn 800 mm brede carrosserie, wanneer je door de file rijdt. Maar de X10 stuurt lekker flitsend en houdt de fraaie lichtmetalen vijfspaakswielen goed aan de straat, dankzij de progressief werkende vering, die kleine oneffenheden goed opvangt maar wel goed wegcontact biedt. Iets waar de vrij grote wielmaten – voor 120/70-15 en achter 150/70-13 – natuurlijk ook in meespelen. Op grotere hobbels voel je af en toe wel dat de scooter wat opwipt, waarschijnlijk zou hij iets meer uitgaande demping mogen hebben. De stabiliteit wordt er echter niet door beïnvloed. De machine voelt lekker strak, al reageert hij wel ietwat in het stuur als je over lengterichels rijdt. Dat zal meer met geometrie dan met torsiestabiliteit te maken hebben, want normaal voelt de scooter prettig en stevig aan, of je nu door bochten jaagt of over kinderkopjes brult. Dat heeft de X10 te danken aan het robuuste, dubbele wiegframe. Dit frame bestaat uit twee bovenbuizen en twee onderbuizen,
die met diverse, gelaste staalprofielen aan elkaar zijn verbonden. Vlak achter de “instap” bevindt zich een driehoekige plaatconstructie, bedoeld om het frame ter plekke van de motorophanging te verstevigen. Het geheel wordt bij de 125cc en 350cc-uitvoering afgeveerd via een 35 mm telescoopvoorvork met een tamelijk riante veerweg van 125 mm. Achter zorgt conventionele stereovering met in vier standen instelbare veervoorspanning voor het wegcontact. Voor de 500cc-variant is een robuustere 41 mm voorvork gekozen en een totaal andere achtervering: op de plaats waar bij de andere uitvoeringen schokdempers zitten, heeft de 500 twee duw/trekstangen, die samen via een linksysteem een horizontaal, rechts onder het frame geplaatste monoschokdemper bedienen. De veervoorspanning van dit veerelement kan elektronisch worden aangepast via een knop op het stuur, waarbij het ingestelde niveau op het display in het dashboard kan worden afgelezen.Compact blok
Dankzij het prettige stuurgedrag van de X10 voel je je al snel thuis op de machine, ondanks het feit dat het altijd uitkijken is met het Parijse autoverkeer. Een kwestie van als eerste bij het stoplicht weg zijn, dan kunnen ze je ook niet raken… Gelukkig heeft de X10 350 daarvoor een zeer prettige acceleratie in huis, dankzij een nieuw ontwikkelde 330cc krachtbron. Deze vloeistofgekoelde eenpitter heeft een boring x slag van 78 x 69 mm, terwijl de cilindervulling is geoptimaliseerd dankzij fluid dynamics technologie. De spoeling verloopt via twee in- en twee uitlaatkleppen, die worden bediend via een enkele bovenliggende nokkenas en tuimelaars. Deze tuimelaars volgen de nokken via een gelagerde rol, wat minder wrijvingsverlies geeft dan een slepend contact. Kleppen stellen geschiedt met gekalibreerde vulplaatjes. De 350cc krachtbron maakt gebruik van een dry-sump smeersysteem, waardoor een compacte en lichtere motorbehuizing kon worden geconstrueerd. De motor is verder voorzien van een elektrische starter, waarvan de freewheeloverbrenging in olie draait. Datzelfde doet de centrifugaalkoppeling van de CVT transmissie. Een en ander zorgt er ook voor dat het blok weinig onderhoud nodig heeft: de olie en het bijbehorende filter moeten elke 10.000 km worden vervangen, terwijl er elke 20.000 km een grote beurt moet plaatsvinden.
100 pk
Klinkt goed, niet! Het nieuwe Piaggio 350 blok levert maar liefst 100 pk per liter, wat betekent dat de machine uit 330cc een maximum vermogen van 33 pk oftewel 24,5 kW haalt. Het maximum koppel ligt op 32,3 Nm. Toegegeven, daarmee zal de X10 de Grand Prix van Jerez niet gaan winnen, maar die van de Champs Élysées of de Laan van Meerdervoort wellicht wel. Want om de auto’s bij het stoplicht achter je te laten is hij meer dan snel zat, geholpen door de automatische CVT-transmissie. Die laat de motor snel op toeren komen als je het gas ineens open draait en houdt hem daar totdat je besluit het rustiger aan te doen. Dan schakelt hij traploos op. Bij het afremmen geeft de transmissie echter wel genoeg mogelijkheid om op de motor af te remmen. De verbinding met het motorblok wordt pas laat verbroken, waardoor je bijna tot stilstand op motor kunt afremmen. Maar aangezien de transmissie de motor bij volgas altijd vlak bij het toerental van het maximum vermogen houdt, heeft de X10 350 een lekkere vlotte acceleratie in huis, waarmee je in stedelijke gebieden prima uit de voeten kunt. De eenpitter loopt ook zeer geciviliseerd, ronkt lekker bij het optrekken, reageert soepel op het gas en spint rustig als je met constante snelheid voort hobbelt. Het dashboard laat daarbij momentane verbruikswaarden van 37 km/liter zien. Als dat ook het gemiddelde is, teken ik ervoor…