Introductie: Honda CBR600F
Vlees, vis of allebei
Inhoudsopgave |
---|
Introductie: Honda CBR600F |
De legende is terug |
Vlees, vis of allebei |
Recht zo die gaat |
Conclusie |
Accessoires en prijzen |
Technische Gegevens |
|
Sta je daar nietsvermoedend je eigen business te minden
De vraag ‘hebben we het hier nou over een teruggetrapte CBR-RR of een Hornet-met-kuip’? Kan derhalve met ‘beide’ beantwoord worden. Het grote voordeel aan fabricagezijde is dat de motor met slechts een handvol nieuwe onderdelen kant en klaar staat te glimmen. Het blok bestond vóór de Hornet al, de rest ís Hornet. Zo zijn frame, wielen, vering, uitlaat en geometrie identiek, inclusief de vormgeving, tank, complete achterzijde en het dashboard. Enige wat Honda nog te doen stond was een stel snelle pennestreken op papier zetten voor een mooi passende kuip. Zo wil ik ook wel een nieuw model maken! Maar wacht, voordat hier enig negatief commentaar (in de smaak van ‘ja zo kan ik het ook’) op komt: meer was ook echt niet nodig dus waarom zóu je? Weten we overigens ook meteen wat er nog meer speelde in het achterhoofd van de designers bij het herontwerpen van de naked.
Dat hierbij grotendeels dezelfde waardeoordelen gehanteerd kunnen worden ligt dan ook aardig voor de hand en zoals we al vreesden is ook nu de afleesbaarheid van de toerenteller er niet beter op geworden. Ondanks het verplaatsen van lokatie van Rome naar de vlaktes rond Sevilla is met de gehele organistie per ongeluk ook hetzelfde weerbeeld mee ingepakt en werd dus snel duidelijk dat de extra bescherming van de kuip niet afdoende is voor een betere informatievoorziening.
Maar laten we niet al te negatief van wal steken. Wel moeten we onze aandacht vooral richten op de stroomlijn omdat deze dan toch het verschil moet maken. Met het aandeel Hornet uit elke porie knallend is het al geen verrassing dat de CBR qua vormgeving perfect past tussen de overige motoren van de Gevleugelde Japanners, er is op veel plekken wel een overeenkomst met een ander model terug te vinden. Zo zien we op de CBR ook de dubbellaags opbouw weer terug die we van de VFR1200 kennen. Dit om de langskomende lucht precies zo te geleiden als de heren ingenieurs dit het liefst hebben. Of het hier ook aan ligt of niet is onduidelijk, maar resultaat is wel dat je inderdaad prima uit de wind zit en ook bij hoge snelheid niet al te gek achter het ruitje hoeft weg te duiken. Apart genoeg heeft de CBR desondanks toch een redelijk eigen smoelwerk. Waar de 250 en 125 ook een koplamp hebben die sterk op de VFR lijkt en de typische verticale ventilatieopening in de kuip die de Fireblade zo kenmerkt (hierover in een ander artikel meer) wijkt de 600 hier juist weer wat meer van af. Al hoorden we in de wandelgangen ook de term ‘Suzuki’ nog wel zachtjes vallen, met name bij de blauwe uitvoering. Wat zal het overigens een luxe geweest moeten zijn; om een keer niet te hoeven vechten om het allerlaatste grammetje of halve millimeter die de ruit hoog of de kuip breed mag zijn. En daar plukken wij als rijder nu de vruchten van.
Met de zitpositie van de Hornet als uitgangspunt en het stuurtje vervangen door een stel boven de kroonplaat geplaatste clipons moet de houding nu volgens Honda precies het midden houden tussen de Hornet en de RR. Persoonlijk lijkt het me om voor de hand liggende redenen dichter tegen de Hornet aan te leunen, maar dit neemt niet weg dat de zithouding wel heel ernstig klopt. Alsof het een oude CBR600F betreft… we weten direct weer waar het allemaal mee begon en waar het idee ‘zitten als een Honda’ vandaan komt. Hadden we van Sevilla per motor terug naar huis gemoeten, dan was dit zonder problemen goed gekomen. En waarschijnlijk nog eens terug om nog wat bagage op te halen ook. Het stuur ligt wel prima in de hand, niks ‘raar’ omdat het verder naar voren staat of iets dergelijks. Breedte is ook prima en dan komt de bonus; de spiegels staan dit keer op de kuip iets verder van je af waar je dus een net iets ander beeld van krijgt dan op het chromen stuurtje van de kale broer. Of dit beter is of niet is zelfs nog lastig, op beide motoren zie je nog een best stuk van je armen, maar het is zonder meer makkelijk beter dan de échte supersports.
Woeshhh... dubbellaags kuipdelen gaan als een heet mes door dikke Spaanse lucht. Ofzoiets