Husqvarna SMR 510: Mijn beurt
2: Gerald's beurt
Inhoudsopgave |
---|
Husqvarna SMR 510: Mijn beurt |
2: Gerald's beurt |
3: Alex' beurt |
4: Mijn beurt! |
5: Conclusie |
6: Technische gegevens |
En met reden. Niet alleen omdat we er al lang genoeg op hebben gewacht, maar ook vanwege het onderwerp zelf: een SMR 510, op een haar na net voldoende straatlegaal maar voor de rest een Supermoto tot op het bot. Maar inmiddels, we leven in 2009, dus wel met injectie, een ditje en een datje voor tegen de emissiepolitie, dus gewoon écht volgens de regels. En alsof dat nog geen reden genoeg is, met een extraatje. Een van de redenen van uitstel was namelijk dat de machine ingezet zou worden voor de Belgian Dark Dog Tour, een van de meest bizarre wegrally’s die de wetgever toestaat, door niemand minder dan meervoudig wereldkampioen Supermoto Gerald Délepine. En sindsdien is er niets meer aan gedaan, dus hier staat niet zomaar een motor, dit is dé competitiefiets waar meneer uiteindelijk tweede mee is geworden in het eindklassement. En nu is het mijn beurt.
Zoveel Husky’s hebben we niet eens gehad hier op de redactie. Onze laatste ontmoeting stamt alweer uit –oei jongens- 2005. Wel pakten we toen direct goed uit door niet alleen de toen net nieuw op de markt gezette 510, maar tevens de iets tammere 610 aan de tand te voelen, bovendien in direct vergelijk met de concurrentie. In feite verandert er dus lang zoveel niet op Supermotogebied, want was de 510 toen al moeilijk met andere machines te vergelijken, heden ten dage zul je nog steeds met moeite een handvol gelijkgestemde spelers kunnen vinden. Desalniettemin hulde voor Husqvarna om hier evengoed gewoon stug mee door te gaan.
The Real Deal
Uiteraard komt dat door een aantal redenen; ten eerste kan Husqvarna tappen uit hetzelfde vat als ze doen voor hun enduromachines en zijn de motoren met slechts ‘lichte’ aanpassingen ook als Supermoto in te zetten, ten tweede is dit precies het sterke punt van het merk en waar je goed in bent moet je uitbuiten. Waarvoor onze dank. Wat veel meer gebeurt is dat het bestaande gamma voor een nieuwjaar een upgrade krijgt waarmee deze –hopelijk- de competitie de baas kan. Zo werkt het in de racewereld ook en aangezien het bijzonder dicht tegen de echte competitiemachines aanligt vergaat het de ‘normaal’ verkrijgbare machines ook. Waarschijnlijk zal de motor in details dan ook meer verschillen van de 2005 machine dan een doodgewone supersport of naked, die in de tussentijd hooguit twee upgrades heeft ondergaan. Belangrijkste voor ons leken is de uitrusting die er nu een stuk netter bij staat.
Zo treffen we in plaats van de hiervoor gebruikelijke fietscomputer een heus ‘dashboard’ met zowaar verschillende zinvolle functies zoals een tripmeter, toerenteller (in het keuzemenu weliswaar) en zelfs een laptimer. Een urenteller zoals veel gebruikelijker in de cross en enduro is daarentegen niet standaard aanwezig en dat zegt wat! Aan de andere kant zul je toch zuur staan kijken als je denkt hier vrolijk seizoen in, seizoen uit mee te rijden. Daarvoor is de 610 in het leven geroepen; deze motor ontbeert slimmigheidjes als een toerenbegrenzer en andere straatgerichte saaiheden. Heb je als hardcore SM’er ook niet nodig, op straat is het wel handig. Belangrijkste is wel dat de motor in vergelijk met die van enkele jaren geleden niet of bjina niet zwaarder is geworden; digitale tellers kun je zonder problemen volrammen met snufjes. Nog een opvallende verandering? Wat dachten we van een heus contactslot. Weliswaar met het kleinste contactsleuteltje ooit aangetroffen op een motor, maar een slot desalniettemin. Hetzelfde sleuteltje bedient trouwens het nog klassiek geplaatste stuurslot. Wat de concessies betreft houdt het daar op, de rest is hardcore racespul tot op het bot. Denk dus maar niet dat de radiale Brembo in het vooronder daar zit om mooi te zijn, welnee. Behalve een Monoblock is dit het toppunt van wat er verkrijgbaar is en het voordeel van de setup zoals deze gemonteerd is dat deze nog enigszins doseerbaar is, wat met een gewicht lager dan jezelf na een goede lunch een zeer welkome functie is wil je niet te pas en te onpas over je spatbord heen vliegen. In competitie betekent dit dat je er ook nog wat aan hebt op de losse ondergrond waar de meeste supermotocircuits over beschikken.