Tweetakt festival: Cagiva Mito vs. Aprilia RS
't Zijn de kleine dingen die...
Inhoudsopgave |
---|
Tweetakt festival: Cagiva Mito vs. Aprilia RS |
Pagina 2 |
Pagina 3 |
Pagina 4 |
Pagina 5 |
Pagina 6 |
Trouwens, niet dat je ze echt veel gebruikt – of tenminste, hoort te gebruiken – ook de remmen zijn onderling nogal een wereld van verschil. Je zou er legio theorieën op los kunnen laten waaróm, of het feit dat de RS met een radiale klauw is uitgerust meetelt of niet, maar feit is dat de rem van de Aprilia nogal een gemenerik is. Een heel direct aangrijppunt en een rem als een anker. Op zich superkwaliteiten, maar niet in combinatie met de zacht afgeveerde voorzijde; aanraken van de rem brengs zó’n heftige reactie teweeg dat je erg zeker van je zaak moet zijn. En, zoals ons gedurende de testperiode regelmatig overkwam, in de regen iser zodoende haast niet mee te rijden. Geen gewicht in combinatie met een zachte voorkant en te gretige rem is vrágen om een schuiver. Nee, dan de Mito…een groter contrast is haast niet denkbaar. O, niet dat de rem slecht is of zo, integendeel. Best een duidelijk aangrijppunt en ruim voldoende remkracht, maar vóórdat de rem aangrijpt zit je al bijna met het hendel tegen de stuurhelft, en deze is uiteraard niet verstelbaar… evengoed tien keer zo fijn in de regen.
Maar uiteraard gaat het niet om remmen. Zoals in het intro al aangehaald werd kenmerkt rijden met een bijtje als deze zich in de kunst van het vooral níet remmen. Sturen is het enige wat telt, en daar zijn beide héél erg goed in. Was Karim de eerste kilometers nog enthousiast te pas en te onpas zijn knie op straat aan het drukken, het kostte slechts enkele malen inhalen in de bocht met de knie net bóven het asfalt om hem te overtuigen dat minder weerstand in deze klasse méér betekent. Zo veel mogelijk binnen boord en met minimale gewichtsverplaatsing insturen komt overeen met een zo hoog mogelijke bochtensnelheid. Niks poserwaarde, échte coureurs beperken zich tot het strikt noodzakelijke. Om vervolgens, ook al wordt deelfde bocht tientallen malen doorkliefd, hevig teleurgesteld tot de conclusie te komen dat het – altijd – nog veel en veel harder had gekund.
En dat is het probleem toch een beetje; het zou juist positief moeten zijn om, in plaats van almaar sterkere motoren te rijden die dus almaar harder moeten gaan voordat ze een beetje in hun werkgebied komen, juist te minderen en derhalve nog ver beneden rijbewijsbedreigende snelheden tóch aan je gerief te kunnen komen, maar in de praktijk ligt de grens van wat deze motortjes aankunnen vér boven de van menig andere. Sterker, zelfs onder ideale omstandigheden - Spa, zomer, circuitasfalt onder circuitomstandigheden, volledig vrij baan en geen obstakels - lukte het niet om het gehele loopvlak van de RS te benutten.