Test: Suzuki Burgman 200
Pagina 3
Inhoudsopgave |
---|
Test: Suzuki Burgman 200 |
Pagina 2 |
Pagina 3 |
Pagina 4 |
Pagina 5 |
Weg van de snelweg
Tijdens onze eerste rit met de Burgman 200 nemen we vanuit Vianen meteen de A27 richting Breda met als eindbestemming Raamsdonksveer. Eenmaal op de snelweg worden we met de beperkingen van deze Burgman200 geconfronteerd. De 200cc tellende scooter wordt opgegeven voor 18,36 Pk bij 8.000 tpm en daarmee weet de Burgman een krappe 130 km/u op de teller te zetten. Tenminste, zolang je geen wind van voren hebt, want dan is 120 km/u eerder regel dan uitzondering. En dat is, zolang het verkeer aan het rijden is, aan de krappe kant. Een topsnelheid van 140 km/u zou het leven op de Burgman een stuk gemakkelijker maken, maar daarvoor heeft de fiets, erm… scooter, simpelweg te weinig vermogen.
Weg van de snelweg is dus het devies als je met deze Burgman aan het sturen bent. Rijden over provinciale wegen is meer aan deze scooter besteed, maar eigenlijk voelt ie zich het meest als een vis in het water zodra je in het stadse verkeer 'verkeert'. Buiten de bebouwde kom hadden we nogal moeite om ons aan de maximum snelheid te houden. Nu is dat iets waar wij wel vaker last van hebben, maar de variomatic transmissie maakt dat een snelheidsgevoel op basis van toerental/vermogen totaal ontbreekt. Waardoor we eigenlijk alleen maar volgas aan het rijden zijn, met bijbehorende snelheid tot gevolg.
De Burgman 200 wordt aangedreven door een watergekoelde eencilinder die, om aan Euro3 te voldoen, is voorzien van brandstofinjectie. En, zoals we al zeiden, een variomatic transmissie. Geen versnellingsbak, geen koppeling, alleen gas geven en remmen. Kan het nog makkelijker? Om de Burgman 200 tot leven te krijgen moet de voor- of achterrem worden ingeknepen. Net als bij de motorfietsen is de Suzuki namelijk voorzien van een anti-hufter startmethode. Het contactslot vraagt ietwat gewenning, omdat daarmee tevens het stuurslot en het zadelslot wordt bediend. Om diefstal te ontmoedigen kan met de achterkant van de contactsleutel een schuifje voor het contactslot worden gedraaid. Een gelegenheidsdief met schroevendraaier als gereedschap heeft dan geen schijn van kans meer.
Dat motorscooters bekend staan om hun zuinigheid is iets wat ook ons wel vaker ter ore was gekomen, maar hoe zuinig zouden we al snel achter komen. Of eigenlijk ook weer niet snel, veel later dan verwacht moesten we een benzinepomp aandoen voor de gebruikelijke routine. Gemiddeld kwam de scooter vijfentwintig kilometer ver op een liter Euro loodvrij hetgeen, in combinatie met de in het frame verwerkte 11 liter tank, voor een behoorlijke actieradius zorgt. En dan moeten we daar nog bij aantekenen dat het merendeel van de testkilometers volgas werden afgelegd. Bij meer stads- of filegebruik zal het brandstofverbruik alleen maar nóg gunstiger worden.
Master of the jungle
Toch was dat niet het enige waarom wij zo enthousiast werden van deze Burgman 200. Met name de wendbaarheid van de scooter maakt dat je binnen no time dwars door het verkeer aan het crossen bent en sneller dan snel op plaats van bestemming arriveert. Even een fietspad meenemen, geen probleem (tenzij oom agent om de hoek staat natuurlijk), stukje stoep, tussen auto´s door en dankzij de variomatic aandrijving ben je altijd als eerste weg bij een stoplicht. Het gecombineerde remsysteem maakt dat je later dan laat het anker kunt uitgooien, waarbij duidelijk merkbaar is dat de achterrem véél meer effect heeft als bij een motorfiets. Sterker nog, eenmaal het trucje door zet je de scooter zo dwars om nóg sneller door die verkeersjungle te laveren.
Het 13” voorwiel moet voor voldoende stabiliteit zorgen, terwijl om het achterwiel een dikkere band is gezet die weer de nodige tractie moet genereren. Nu ontbreekt het ons momenteel nog aan referentie om daar conclusies aan te verbinden, maar dat deze Burgman 200 wendbaar is staat als een paal boven water. Net als dat hij voldoende grip genereert, binnen notime hoorden wij bekende schraapgeluiden bij het nemen van rotondes en krappe bochten waar deze fiets, erm… scooter, zich als de vis in dat water voelt. Dat snelle bochten niet aan de Burgman zijn besteed zouden we ook al snel ervaren. Een poging om een snelle haakse rechter op 'supersport' tempo te rijden resulteert in een van voor naar achteren zwaar protesterende en torderende motorscooter die daarmee duidelijk liet merken niet van dat soort akkefietjes gediend te zijn.
Een gevoel wat ons deed denken aan motorfietsen uit de jaren ’70 van de vorige eeuw, maar of dat de Burgman is aan te rekenen? In alle eerlijkheid: neen, daarvoor zijn motorscooters nu eenmaal niet ontworpen.