Vergelijk: Ducati Scrambler vs Kawasaki W800
Retro
Retro is niet meer weg te denken uit het straatbeeld. Of het nou klassiekers zijn, shed built machines, nieuwe motoren gemaakt om te pimpen, dure designerfietsen of kant en klare fabrieks-classics, als het een beetje een retrosausje heeft wordt het omarmd. Waar deze beweging naartoe gaat en hoe Volgens mij ben ik hier vaker geweestlang het nog in beweging blijft weet niemand, maar op het moment hoor je er niet bij als je niet aanwezig bent bij Wheels & Waves, Glemseck of nog talloze andere meetings. Kun je nagaan, vijf jaar terug bestond Wheels & Waves niet eens, nu kent de hele wereld Biarritz. Zo hard kan het gaan.
De gang zit er dus wel in. Is ook wel begrijpelijk, want de scene is onwijs breed. Kortgezegd gaat het om alles wat twee wielen heeft, als er maar een laagje ‘cool’ overheen zit. Dus oude motoren zijn cool, eigen creativiteit is cool, sommige nieuwe motoren zijn cool. Sportmotoren zijn ook cool, maar dan moeten ze wel weer oud zijn. Wat dat betreft lijkt het wel alsof Ducati de definitie heeft gevonden, het originele Coca-cola recept zogezegd, want hun Scrambler raakt precies elke snaar. De motor is cool, laid back en heeft precies de juiste mix tussen oud en nieuw en daar gaat ’t precies om. Nou je 't zegt, komt erg bekend voor jaMet wat fantasie zou je kunnen stellen dat Ducati zich met de Scrambler precies pal in ’t midden heeft geplaatst.
Maar dan vergeten we natuurlijk nog wel wat. Neem bijvoorbeeld de Sportclassics van hetzelfde merk. Zelfde idee, geen succes. Wegens tegenvallende verkopen voor een halve knaak te koop en ook de productie werd snel gestopt. Moet je nu mee komen; als je er nog eentje kunt vinden heb je geluk, ze zijn rete populair. Maar goed, oud idee. Of een Triumph Bonneville, toch ook een soort kruising tussen oud en nieuw. Of… Kawasaki. Want we zouden bijna vergeten dat ook Kawa een knappe retrofiets heeft die precies volgens de juiste regels is gebouwd. Of liever, nóg echter, want waar Ducati nog hier en daar een vleugje nieuw toevoegt, is het bij de W800 – daar gaat het over- van voor naar achter echt en eerlijk. Dus staal en chroom waar plastic te simpel zou zijn. Het blok: volledig nieuw ontworpen en speciaal bedacht voor dit doel. En eveneens honderd procent eerlijk, koningsas en al. Da’s pas dapper.
Nou zijn de Scrambler en W800 dus wel enigszins tegenpolen, maar toch, ze dragen hetzelfde idee uit: ouderwets veel plezier zonder daarvoor extreem te hoeven doen. Beide motoren zijn ideale onthaastfietsen. Hier wil je niet eens mee scheuren. Het kán wel, daar niet van, maar daar zijn ze niet voor bedoeld en dat dragen ze zo sterk uit dat het ook niet snel in je opkomt.
Retro versus funbike?
Nou is er wel een flink verschil in aanpak, de Duc is toch duidelijk meer ‘nieuw’ dan de Kawa, dus als je onderscheid wilt maken heb je het over eh.. iets als een Retro versus funbike? Of classic versus retro? Of nog iets anders, maar je snapt ‘t. De Duc is ‘een Scrambler zoals Ducati ‘m ook zou maken als ze nooit gestopt waren met maken’, de W800 is een oprechte ode aan vroeger tijden. Maar vergis je niet, dit is slechts een begin. De community die achter de W800 staat is zo mogelijk groter dan die van de Scrambler en met name in buitenlanden als Duitsland en Frankrijk is het eind echt zoek. Dat geldt ook voor de hoeveelheid accessoires en andere pimp spulletjes die verkrijgbaar zijn voor dit model, die de zo chique en gedeisd ogende standaardfiets kunnen omtoveren in ware custom pareltjes, van bling tot caféracer tot vuurspuwend monster. Wat dat betreft is het voor de Scrambler nog relatief kort dag en komen de meeste variaties uit de pen van de designers uit eigen huis (wel een waanzinnig idee om je platform mee te verbreden) of begaafde beroepsbouwers van over de wereld. Zou wel eens willen zien wat een Roland Sands maakt van een W800, of een Wrenchmonkees, Numbnut, Krugger of Deus. Zeker weten dat ’t waanzinnig worden kan.
Zoals ‘ie is, is er anders niks mis mee. Het is een pracht van een klassieker –dus toch- met perfect uitgewerkte details. De ‘final edition’ kleurstelling doen daar nog eens een schepje bovenop, de W is standaard al helemaal af. En straalt zo’n onwijze hoeveelheid nostalgie uit, dat je je al half schaamt voor het feit dat je de verkeerde helm op zet. Dat soort dingen. Rondom gloeilampen in plaats van led, schakelaars op het stuur die ook echt schakelen, chromen onderdelen waar je makkelijk tegenaan kunt lopen zonder dat er iets afbreekt, twee verschrikkelijk analoge tellers en ga zo maar door, het houdt niet op.