Test: Kawasaki 2017 Z1000R
Broedermoord?
Het was dé vraag die me het vaakst gesteld werd tijdens de exclusieve preview van de compleet nieuwe Z900 in het oorlogsmuseum van Soesterberg: “is de nieuwe Z900 geen broedermoord voor de Z1000?” Tijdens de pers launch van de fiets werd Kawasaki diezelfde vraag ook gesteld door menig journalist, sommigen waren er zelfs van overtuigd dat dit wel eens het laatste jaar van de Z1000 zou kunnen zijn. Vorig jaar hadden we alleen maar doembeelden over Euro4, maar het tegenovergestelde lijkt eerder het geval te zijnIn ieder geval zeker in deze hoedanigheid, de volgende generatie zou op z’n minst van een pak ‘m beet 180 pk sterk ZX-10R blok moeten zijn voorzien. Met uiteraard de daarbij horende broodnodige elektronica, het liefst met IMU, als antwoord op extreme Nakeds als de Aprilia Tuono V4 1100 en de KTM 1290 Super Duke R. En in mindere mate ook als de BMW S1000R, de Ducati Monster 1200R en de Yamaha MT-10SP, die het met ‘slechts’ 160 pk moeten doen, maar wel – in meer of mindere mate – zijn volhangen met geavanceerde elektronica (vooruit, bij de BMW verborgen in de optie-pakketten).
Nu zullen wij de laatsten zijn om geen “Yes please” te zeggen, simpelweg omdat – het sportieve bloed kruipt waar het niet laten kan – de kick van knallen nog steeds übervet is en de laatste generatie Hypernakeds het perfecte alternatief is voor de een-liter Supersport, die een beetje teveel van het goede is geworden voor gebruik op straat. En je natuurlijk wel een goed stuk gereedschap wilt hebben om in Pikes Peak tempo bergpassen te bedwingen, of een beetje kwiek op het eiland Man rond wil gaan. Toch kun je je afvragen of dit een goede ontwikkeling is. Natuurlijk, 200 pk (of liever nog meer) is en blijft supervet, maar vergeet niet dat al dat vermogen weer elektronisch moet worden ingeperkt, per slot van rekening moet het natuurlijk wel een beetje rijdbaar zijn. Waardoor het niet ondenkbaar is dat van die 200 beschikbare paarden er op straat voor het overgrote deel van de tijd nooit meer dan 142 worden ingezet. Om maar eens een getal te noemen. En al die elektronica heeft natuurlijk ook weer z’n weerslag in het prijskaartje, dat daardoor flink omhoog gaat.
De Z1000 is er in ieder geval zeker niet slechter op geworden, om nog maar te zwijgen van deze Z1000R
Precies dat is de reden geweest van Team Green om niet met de hype mee te gaan, maar om te kiezen voor een Naked Sport die weliswaar nog steeds bruut sterk is, maar die geen elektronica vereist om goed en veilig te kunnen worden gemend. Of tenminste, dat zou ik ervan hebben gemaakt als ik de marketingman bij Team Green was geweest. Daarbij zeggen de verkoopcijfers genoeg. Bij ons in Nederland was de Z1000 het afgelopen jaar de best verkochte een-liter (plus) Naked Sport, met 101 units Volgende keer wel netjes binnen de lijntjes kleuren, Edmeer dan de Tuono V4 en 1290 Super Duke bij elkaar opgeteld. Om maar eens een getal te noemen. En dat terwijl de Z1000, hoe gaaf dat ’t ding ook was en hoe goed dat ‘ie tijdens onze trip van Barcelona naar Amsterdam was opgewassen tegen dat veel krachtiger gespuis, hij had wel een knettergroot nadeel: de achtershock was zo knetterhard dat op alles behalve biljartlakenstrak asfalt de vullingen uit je tanden werden geslagen en nierstenen terstond werden vergruisd (wat op zich wel weer een voordeel was, dat dan weer wel).
Dat hebben ze bij Kawasaki ook ingezien en precies dat is misschien wel de belangrijkste aanpassing die Team Green voor 2017 heeft gedaan. Om de achterkant iets meer gevoel te geven is het linksysteem van de achtershock vernieuwd en daarnaast is ook de setting van de voorvork aangepast. Volgens Kawasaki moet met de aangepaste vering het gevoel bij een agressieve rijstijl hetzelfde zijn gebleven, maar worden oneffenheden nu beter geabsorbeerd, waardoor er meer comfort moet zijn ontstaan. Als gevolg van het nieuwe linksystem moest het korte op de achterbrug gemonteerde achterspatbord worden aangepast. Op het esthetische vlak zijn verder nieuwe knipperlichten en spiegels voorzien en is het digitale display – eindelijk – uitgebreid met een versnellingsindicator (hoe simpel kan het zijn) en een schakelindicator. Ook de 1.043 vier-in-lijn is niet ontkomen aan de vernieuwingsdrang, hoewel de verschillen niet wereldschokkend zijn. Meest interessant is de toepassing van Kawasaki’s welbekende slipper-assist, waardoor lomp terugschakelen nu huftervrij gebeurt en de koppeling een stuk lichter te bedienen is. Net als vorig jaar wordt de Z1000 opgegeven voor een topvermogen van 142 pk bij 10.000 toeren en een koppel van 111 Nm bij 7.300 toeren per minuut, maar dan nu conform de Euro4 norm.