Zoeken

Test: Triumph Bonneville T100 en T100 Black

Double Up

25 november 2016

De twee T100 modellen met een prijs vanaf € 11.200 zijn de enige 900cc motoren in Triumph’s line-up die de naam Bonneville dragen, in tegenstelling tot de vorig jaar gelanceerde (en € 700 goedkopere) Street Twin. Terwijl alle drie de modellen exact dezelfde mechanische specificaties hebben, behoudens dan de geometrie die bij het Bonneville T100 duo een tikkie conservatiever is. De blaadjes vallen laat dit jaarDe T100 is bovendien 15 kilo zwaarder dan de Street Twin, heeft twee keer zoveel chroom omrande klokken en is in plaats van aluminium gietwielen met spaakwielen uitgerust. Buiten die twee verschillen is het trouwens moeilijk in te schatten waar die extra kilo’s van de T100 in zijn gaan zitten. 

“Ons doel in het differentiëren van de twee varianten was de Street Twin toegankelijker te maken voor de minder ervaren en/of kleinere rijders, inclusief vrouwen,” zegt Stuart Wood, “vandaar het 40mm lagere zadel en het feit dat we de motor op de vering hebben verlaagd, om het geheel lager te krijgen. Zowel voorvork als achtershocks zijn 10mm langer op de T100, beide modellen hebben dezelfde veerweg van 120mm, maar op de T100 is de vering meer op comfort afgesteld. Daarnaast is de geometrie aangepast voor een ietwat meer ontspannen rit.” Zo is de wielbasis van de T100 met 1.450mm 11mm langer dan de Street Twin (maar is nog altijd korter dan de 1.493mm van de oude 865cc Bonneville) en Denk niet dat daar ook maar één motorrijder rouwig om isstaat de voorvork met 25,5° een tikkie meer onderuit (25,1° bij de Street Twin), terwijl de naloop met 104mm een tikkie groter is (maar wel sportiever dan de 29°/117mm van de oude Bonneville). De T100 is dus degene waarmee je toeren wilt, of op z’n minst langere afstanden rijden, waar de Street Twin op het wendbare vlak net wat beter scoort.

Om dat aan den lijve te kunnen evalueren ging ik op een frisse Britse winterdag met de kleinste Bonneville op pad voor een rit van bijna 200 kilometer, rond het centrale deel van de 370 km lange Fosse Way. Dit was de Romeinse weg die 2000 jaar geleden het meest noordelijke punt van het Romeinse Rijk markeerde en Lincoln in Noordwest Engeland met Exeter in het Zuidoosten verbond en net iets meer dan 10 kilometer langs Triumph’s Hinckley fabriek loopt. Hoewel delen van de oorspronkelijke Romeinse weg nog steeds zichtbaar zijn is het heden ten dage een goed geasfalteerde prachtige stuurweg dwars door de Cotswold Hills, afgewisseld met rechte stukken die duiden op het
Klassiek, maar dan met een moderne twist

We kunnen ons niet voorstellen dat het iemand zou ontgaan welke motor dit is

maar Triumph heeft het zekere voor het onzekere genomen. Merklogos te over op de Bonneville T100

Harmonicarubbers, omdat het hoort. 
Romeinse handelskenmerk van kaarsrechte wegen. De Fosse Way wijkt nooit meer dan 10 kilometer af van de rechte lijn tussen Lincoln en Exeter en gaat door pittoreske plaatsen als Moreton-in-Marsh en Stow-on-the-Wold, gebouwd in vaal geel Cotswold gesteente, op weg naar een kop thee bij Huffkins in Burford, het keerpunt van mijn trip. Inderdaad, het was typisch Engels – net als de motor waarmee ik onderweg was.

Het klassiek gestylde 40mm hogere zadel met 790mm zithoogte van de T100 heeft een goed gekozen vulling voor een normaal postuur dat comfortabel kilometers wil vreten. Dat gecombineerd met het relatief brede eendelige stalen stuur met instelbare rem- en koppelingshendel heeft geresulteerd in een super comfortabele zit. De zit is net dat beetje ruimer van de Street Twin voor een rijder van 1.80 mtr lengte, hoewel ik niet kan zeggen dat de zit op de Street Twin verkrampt aanvoelt. Wel dat de fiets erg laag en gedrongen is en hoewel de T100 met hetzelfde frame is uitgerust dat ter plaatse van de tank is versmald (waardoor het voor kleine rijders gemakkelijker is om bij het stoplicht de voeten aan de grond te zetten), voelt het alsof je hoger zit. Dankzij de hogere zit is er meer ruimte voor de benen ontstaan, terwijl de voetsteunen op zich ook nog iets naar achteren zijn geplaatst. De knieën sluiten mooi tegen de flank van de 14,5 liter tank met rubber inserts aan, een prachtig jaren ’60 ontwerp net als de rubberen harmonicarubbers van de KYB voorvork en de retro-ogende ronde spiegels die een goed – trillingsvrij – beeld naar achteren geven. Dit is wederom een Triumph die het erg naar je zin maakt.