Test: Ducati Scrambler Sixty2
Feel good
Inhoudsopgave |
---|
Test: Ducati Scrambler Sixty2 |
Feel good |
Keihard relaxen |
Conclusie |
Technische gegevens |
Nu moet ik ze toch echt allemaal gehad hebben. Bij het vierhonderdachtendertigste rode licht begin ik me toch licht te ergeren aan deze stad en vooral het feit dat er kennelijk niemand ooit gehoord lijkt te hebben van een groene golf. Eindeloos wegrijden en weer stoppen, daar wordt niemand vrolijk van. Waarom zoveel mensen het dan nog steeds dagelijks doen hier is me een raadsel. I
nmiddels begint ook het luchtgekoelde blok z’n bekendste charmes ook steeds duidelijker kenbaar te maken en zou ik willen dat ik nog een iets luchtiger kevlar spijkerbroek had aangetrokken. Dan kan de warmteproductie van deze Sixty2 wel minder zijn dan die van een grotere motor die er harder voor werkt, het is onvermijdelijk. En dat gecombineerd met hangende warmte in de binnenstad en het gebrek aan rijwind is gegarandeerd een beproeving van iemands geduld. Laat het alsjeblieft snel ‘vanmiddag’ worden, dan kunnen we tenminste de stad uit.En toch had ik me hier al veel sneller aan gestoord als ik ergens anders op had gezeten. Onvermijdelijk als deze pijnpuntjes zijn, het gaat opvallend goed met dit ding. Kunnen we niet gewoon aan het strand blijven? Met de Sixty2 is het altijd zomer, lijkt het. De oranje kleur, de zithouding, de uitstraling, je krijgt er een smile van. Als je een motor als ‘feel good’ machine zou kunnen bestempelen, dan komt deze jongen er knap dichtbij. Juist door z’n ombezorgdheid: wat je ook doet, de Duc geeft geen krimp en laat alles toe.
Om dat toe te lichten: dat is een compliment. Alsof je Jamaica op twee wielen zet, zo goedmoedig is de Scrambler gebouwd en zo makkelijk kun je er mee rijden. Natuurlijk is het ‘slechts’ 41 pk en natuurlijk breek je daar geen potten mee, maar daar gaat het juist om, deze fiets is juist niet gemaakt om potten mee te breken.
Dat gedoe over Zen enzo maakt je wel slaperig, of had ik vannacht toch iets eerder m'n nest in moeten gaan?
Neem alleen al het feit dat Ducati het een goed idee vond om naast de Scrambler, toch sowieso al de meest laid back machine uit de Bolognese fabriekshallen, een nóg laagdrempeliger model neer te zetten. Dat is een voor de Sixty2 een heel belangrijke kreet, het moest vooral zo makkelijk mogelijk zijn. Juist voor degene die er niet om malen hoeveel power je hebt, maar waarvoor gebruiksgemak voorop staat. V
Heel veel herkenbare Scramblerkenmerken. Dat kan ook wel klopen, het is immers ook een Scrambler
Stalen achterbrug, maar wel in banaanstijl. ok de riemcoverz en uitlaat zijn net anders, maar zeg nou zelf, anders hoeft niet slechter te zijn, toch?
Detail: de inscriptie op de tankdop is toch weer andersoor degene die de motor gebruiken om van plek naar plek te komen, eerder mét scharrel dan zonder. En we weten allemaal, niets is zo gegarandeerd fout voor je opbloeiende relatie als haantjesgedrag en bokkende motoren. Dus is de Sixty2 nog soepeler, nog smeuïger en nog lichter bedienbaar dan z’n grote evenknie.
En dat hebben ze nog op een slimme manier gedaan ook. Om de motor nog wat lager in de markt te zetten (dat is wat anders dan goedkoper te maken) is men heel slim te werk gegaan. Dus is er geen nieuw blok ontwikkeld, maar zijn precies dezelfde componenten als voor de grote versie gebruikt. Alleen zijn de draai- en freesmachines anders ingesteld, zodat we nu uitkomen op een boring van 72mm en een slag van een heel lieve 45mm. Maar dat is nog niet eens alles, als we ons herinneren maakt Ducati al enkele jaren goede sier met het Testastretta 11gradenblok, wat is ontwikkeld voor extra souplesse bij lage toeren. Die elf graden (de klepoverlap) zijn nu zelfs gegroeid naar dertien, met alle gevolgen van dien. E
r zijn nog meer trucjes toegepast: veel onderdelen zijn uiteraard hetzelfde, maar de tank is bijvoorbeeld net iets anders. Verdwenen zijn de losse zijpanelen, daarvoor in de plaats is de tank nu uit één stuk. Maar tegelijkertijd wel stiekem een halve liter groter. En mocht je nou denken dat dit een budgetoplossing is, het is dezelfde tank als de Flat Track Pro, het duurste model Scrambler, siert. Daarna zijn er wel enkele kostentechnische veranderingen doorgevoerd, zoals de achterbrug, de voorvork en de remmen. Het achterwiel draait nu in een stalen kokerprofiel in plaats van gegoten aluminium en aan de voorzijde zijn we de upside down en radiale vierzuiger kwijt ten faveure van wat vriendelijker geprijsde onderdelen. Als het niet uit de lengte komt, moet het uiteindelijk toch uit de breedte. En het staat de werking niet in de weg, zoals we later wel zullen merken.