MotoGP Aragon: Pecco Bagnaia op pole met kwalificatierecord

De kwalificatie voor de vijftiende ronde van de MotoGP op het circuit van MotorLand Aragon bleek er opnieuw geen kruid opgewassen tegen de pure kracht van de Ducati Desmosedici, die  op het bijna 1 kilometer lange rechte stuk topsnelheden van boven de 350 km/u wist te noteren en daarmee flink wat meters wist te pakken op de rest van het veld.

Het was dan ook niet zozeer de vraag of Ducati de pole position zou veiligstellen, maar welke Ducati coureur en in hoeverre Fabio Quartararo er in zou slagen de schade te beperken, wetende dat een start vanaf de eerste rij een keiharde noodzaak is om in de race niet door de Ducati's op topsnelheid voorbij te worden geblazen. 

Zijn tweede tijd aan het eind van de eerste dag gaf Quartararo nog hoop, maar in de time-attack van FP3 werd voor de regerend wereldkampioen pijnlijk duidelijk dat hij geen schijn van kans zou maken - met een 8e tijd had El Diablo zich nipt rechtstreeks voor Q2 gekwalificeerd, in tegenstelling tot de beide Red Bull KTM's die in die derde vrije training verrassend de 6e en 7e tijd hadden gezet.

Aleix Espargaro was door de twee KTM fabriekscoureurs op de valreep uit de top 10 gewipt en moest daardoor eerst in Q1 aan de bak, waar hij tegen Marc Marquez, Johann Zarco, Maverick Vinales en Luca Marini moest opnemen in de strijd om de laatste twee plaatsen in Q2. 

Ondanks twee crashes eerder op de dag reed de oudste van de gebroeders Espargaro in zijn tweede run een waanzinnige tijd en dook met een 1'46.569 maar liefst 0,274 seconde onder de tijd die Johann Zarco vlak daarvoor had gezet, die in zijn tweede run 66 duizendste onder de tijd van Marc Marquez doorgegaan, die vanwege een gele vlag in de eerste en tweede sector zijn tijd niet meer kon verbeteren en daardoor nét buiten Q2 viel.

Aleix Espargaro opende Q2 met een gebruikte achterband en zette een zeer voorzichtige 1'48.742 op de klok, een tijd waar Pecco Bagnaia in zijn eerste vliegende ronde maar liefst 1,7 seconde onderdoor zou gaan. Het was echter Enea Bastianini die vijf seconden later nog eens dik 4 tiende onder de tijd van zijn toekomstig teamgenoot door wist te gaan. Bagnaia plakte er zoals de meesten nog een tweede vliegende ronde aan vast en leek op jacht naar de snelste tijd, maar kwam op de streep 53 duizendste te kort.

In de tweede run bleek al snel dat de tijd van Bastianini flink zou worden aangescherpt. Espargaro, Miller, Bagnaia en Bastianini zetten snelste sectortijden op de klok. Met een 1'46.590 klom Espargaro op naar de vierde plaats, waar Pecco Bagnaia er een ongelofelijke 1'46.069 uit wist te persen, goed voor zijn vijfde pole position van het seizoen. 

Op 9 honderdste seconde van Bagnaia zette Jack Miller de tweede tijd, terwijl ook Enea Bastianini zijn eigen tijd in de tweede run wist te verbeteren, maar bijna een kwart seconde op de tijd van Bagnaia moest toegeven. Aleix Espargaro eindigde Q2 met de vierde tijd, ruim een halve seconde van de pole en slechts 56 duizendste sneller dan Johann Zarco.

En Fabio Quartararo? Q2 was voor de Franse wereldkampioen behoorlijk afzien. Aan het begin van zijn tweede run stond hij nipt op de 8e plaats, wist dat hij alles uit de kast moest halen en ging daardoor in de eerste vliegende ronde van zijn tweede run in bocht 2 bijna onderuit, maar wist desondanks in zijn laatste vliegende ronde er nog een 6e tijd uit te persen, op 7 tiende van de pole. 

MotoGP Aragon, uitslag kwalificatie: