Test: Yamaha Bulldog
Ruwe bolster, blanke pit
Inhoudsopgave |
---|
Test: Yamaha Bulldog |
Uiterlijke schijn |
Ruwe bolster, blanke pit |
Even de hond uitlaten |
Terrasje pikken |
Conclusie |
Technische gegevens |
Het mag op z'n mist eigenaardig worden genoemd dat juist deze Japanse Bulldog, die is neergezet als ontspannen tourfiets, wordt gemaakt door de mensen die eigenlijk alleen maar sportieve fietsen op de baan zetten. Motoren als de SZR660, een sportieve ééncilinder, waarmee men de aanval opende op het in die tijd populaire Supermono segment. De mensen van Belgarde Yamaha hebben dan ook een goede reputatie als het om sportieve motorfietsen of racemotoren gaat. Vanuit dat oogpunt bezien is het ook niet vreemd dat de wereldpers een hele andere voorstelling had van deze Japanse Bulldog. Maar goed, we zullen het verder niet hebben over de achterliggende gedachte van deze Bulldog. We zetten onze bril met vooroordelen af en bekijken de motor vanuit de doelgroep waarvoor deze motor op de markt is gezet.
Italiaans bloed
Het is onmiskenbaar duidelijk dat er Italiaans bloed door de aderen van deze motor stroomt. De sierlijk vormgegeven tank, de exotische tellerpartij, het ranke kontje en het mooi vormgegeven buizenframe maakt dat deze Bulldog er een is die z
eker gezien mag worden. Tot in het kleinste detail heeft men deze motor weten te verfraaien. Sierlijk gefreesde doppen die de ophangpunten van het frame wegwerken, chrome kapjes over de uitlaatbochten bij de spuitstukken en een aluminium achterbrug met ingebouwde cardan maken dat het afwerkingniveau van de motor zondermeer goed genoemd mag worden.
Fietscomputer
Als we een blik werpen op de tellerpartij, dan zien we dat ook bij deze motor het digitale tijdperk zijn intrede heeft gedaan. Blikvanger is de grote snelheidsmeter, waarin subtiel de toerenteller is verwerkt. Mooi, mooi, mooi. Maar zo mooi als die meters zijn, zo goedkoop doet de digitale kilometerteller aan. Het display mag dan zijn voorzien van allerlei snufjes, zoals dubbele tripmeter, reservestand tripmeter (op het moment dat het benzinelampje gaat branden schakelt het display automatisch over op F en zie je de afgelegde afstand op reserve) en een klokje, het blijft dood en doodzonde dat het qua looks eruit ziet als een goedkope fietscomputer.
V-Twin power
Zoals reeds gezegd, voor het kloppend hart van deze Bulldog deed men bij Yamaha beroep op de bestaande 1100cc V-Twin, die zijn diensten al had bewezen in de XV1100 Drag Star. Inwendig is er dan ook nagenoeg niets veranderd. Boring x slag van 95 x 75 mm en een compressie verhouding van 8,3:1 zijn dan ook identieke waardes ten opzichte van de Drag Star. De luchtgekoelde Twin is verder voorzien van 2 kleppen per cilinder die middels een enkele bovenliggende nokkenas worden bediend. Enkel door een iets betere ademhaling (lees: grotere airbox) te creëren wist men het vermogen met 3 pk op te krikken tot nu 65 pk. Tevens nam het koppel met 3 Nm toe. Zijn voedsel krijgt de Bulldog middels een enkele 37mm carburateur toegediend.