Test: Harley-Davidson V-Rod Muscle
vreemde eend...
Inhoudsopgave |
---|
Test: Harley-Davidson V-Rod Muscle |
vreemde eend... |
Lach maar, wij lachen terug |
Kalm aan volgas |
Conclusie |
Technische gegevens |
We schrijven het jaar 2001 als Harley-Davidson de wereld versteld doet staan met de lancering van de V-Rod, het eerste model uit een nieuwe VRSC familie wat op zijn beurt weer een afkorting is van V-Twin Racing Street Custom. Een motor waarvan niet alleen de Harley puristen zich afvroegen of het nog wel een Harley-Davidson was. Niet alleen beschikte de motor over een – voor Harley begrippen – ongekend vermogen, maar erger was het feit dat Harley’s kenmerkende luchtgekoelde 45° V-Twin het veld had moeten ruimen voor een nieuwe vloeistofgekoelde 60° V-Twin die bovendien nog geeneens in eigen huis was ontwikkeld. De door Harley tot Revolution gedoopte V-Twin was het gevolg van een samenwerkingsverband met het Duitse Porsche en werd alleen daarom al door velen als hoogverraad van de Amerikaanse fabrikant gezien. Alsof dát voor de Amerikaanse puristen nog niet erg genoeg was werd de motor geeneens in Harley’s thuisbasis in Milwaukee geproduceerd, maar in Bleu Springs- Kansas City, Missouri.
De V-Rod werd in 2001 door Harley gepresenteerd als eerste lid van een nieuwe familie van Performance Custom motorfietsen. Voor de aandrijving van de V-Rod deden de Amerikanen zoals gezegd een beroep op Porsche, dat een nieuwe 1.130cc V-Twin ontwikkelde die goed was voor een vermogen van 115 pk bij 8.250 toeren voordat bij 9.000 toeren een begrenzer een einde aan de feestvreugde maakte. De nieuwe vloeistofgekoelde motor was in veel opzichten geïnspireerd door Harley’s VR1000 fabriekracer waarmee het merk een poging had gedaan op racegebied door te breken. Voor het eerst in de geschiedenis van Harley werd daarbij gebruik gemaakt van technieken als dubbele bovenliggende nokkenassen, kleppen met hydraulische stellers en benzine-injectie.
Fraai vormgegeven en geheel in stijl met z'n moderne uitstraling. De afleesbaarheid van de snelheidsmeter laat echter te wensen over.
Hét grootste verschil tussen de gewone V-Rod en de V-Rod Muscle: de eveneens fraai vormgegeven achterlichtunit die onder het kortere spatbord is geplaatst en goed zicht geeft op de 240 mm brede achterband. Ook de compressieverhouding van 11,3:1 was on-Harley, evenals de gietstalen cilinderbussen. Voor het eerst waren de Amerikanen erin geslaagd een motor te ontwikkelen die niet alleen de 200 km/u ver te boven wist te gaan, maar bij een vette stoplichtsprint tevens een dik rookscherm achter zich wist te laten.
De VRSCA V-Rod werd geproduceerd van 2002 tot 2006, waarna de motor in de VRSCAW een opvolger kreeg. De grootste aanpassing die het model in 2007 onderging was de toepassing van een 240 mm brede achterband, waarvoor de oorspronkelijk 180 mm brede achterband het veld had moeten ruimen. Om dat te realiseren moesten echter wel behoorlijk wat aanpassingen worden gedaan aan het rijwielgedeelte om ruimte te maken voor die brede achterband. Daarnaast werd de 14 liter brandstoftank vergroot naar 18,9 liter (5 gallon). De krachtbron bleef daarbij in eerste instantie ongewijzigd, maar werd een jaar later qua cilinderinhoud en vermogen vergroot naar 1.250 cc en 123 pk. Ook werd voor het eerst in Harley’s geschiedenis een slipperclutch toegepast en was de motor optioneel met ABS leverbaar. De vele aanpassingen die de tweede generatie V-Rod was ondergaan hadden wel z’n weerslag op het gewicht, dat met 17 kilo fors was toegenomen naar 287 kilo. Drooggewicht wel te verstaan.
Een jaar later, we schrijven het jaar 2009, lanceert Harley de V-Rod Muscle. De motor wordt door hetzelfde 1.250cc Revolution motorblok als de standaard V-Rod aangedreven, maar kreeg wel een nieuw uitlaatsysteem met lange rechte einddempers waarbij Harley afstapte van het 2-in-1-in2 uitlaatsysteem. Het grootste verschil tussen de V-Rod en de V-Rod Muscle zit ‘m in het design, dat strakker, moderner en dankzij de dikke upside-down voorvork een stuk sportiever is geworden. De brede, onder het achterspatbord geplaatste achterlicht/knipperlicht unit, de in de spiegelsteun geplaatste knipperlichten en zeker de fraaie two-tone kleurstelling maken deze fiets tot een lust voor het oog. We weten, we vervallen in herhaling, maar zonder dat H-D logo op de tank zou je toch écht gaan twijfelen of het wel een Harley-Davidson is.