Zoeken

Dossier 2018 Gold Wing: Gold Wing European Federation treffen Slovenie

Mooi door Oostenrijk

17 juli 2018

Maar goed, Slovenië dus. Wel eens geweest, vorig jaar nog, nog nooit naartoe gereden. Dat doen we nu dus eens anders. Met een heerlijk last minute planning zit ik daags voor vertrek nog uit te zoeken hoe ik dat aan zal pakken. Velenje en Celje, waar wij een hotel hebben, liggen niet ver over de grens en die ligt ook nog redelijk bereikbaar achter Oostenrijk. Het is niet verder dan Wenen, ter indicatie. Beetje regen? So what!Dus wordt het al snel makkelijk: als we dag twee nou eens de snelweg mijden en mooi door Oostenrijk toeren, kunnen we op dat één eerst flink kilometers maken. Duitsland kan mooi zijn, maar niet in het gebied waar wij doorheen moeten. Of nee, dat is niet aardig…. Het is wel mooi, maar Oostenrijk is nou eenmaal aantrekkelijker. En dus boek ik een hotelletje in Bad Wiessee, op een paar kilometer van de grens en 850 kilometer vanaf Nieuwleusen. Mooi doel, lijkt me. En zo gebeurt het ook. Korte samenvatting: eigenlijk is er maar heel erg weinig te melden. Natuurlijk niet. Wat zou je nog meer willen dan in alle comfort als een malle naar het zuiden sjezen? Onderweg is de temperatuur ook helemaal prima, eenmaal stilstaand is het net te heet voor een nylon jasje, maar een ijsje eten gaat dan weer makkelijker naast de motor. Overigens ontdek ik later dat dat een veel voorkomend probleem is, de overgrote meerderheid
Sta je zomaar aan een échte grensovergang. Dat was even geleden

Het zijn de details die het 'm vaak doen he... zoals iets simpels als verkeersborden

En dorpjes, al kan dit ook net zo goed Oostenrijk zijn

Zet je na twee dagen je motor bij het hotel neer, zie je dus dit. Makkie
van de aanwezige motoren is inmiddels voorzien van een bekerhouder. En daar past vast ook een Cornetto in. 

Maar goed, zo erg is het ook weer niet. Van tijd tot tijd wil je toch even je benen strekken en met de Wing kom je per tankbeurt toch rond de 300 kilometer ver. Daar zit nog wel wat variatie in, maar op de Autobahn neem ik soms het zekere voor het onzekere. If you don’t agree, shoot me. 

Het rijdt zó makkelijk, dat je voordat je het weet alweer bijna bij je bestemming bent. En daar ook letterlijk zo fris afstapt als je opgestapt bent. Dat zeggen we natuurlijk wel vaker, maar het is zelden zo wáár geweest. Bizar. Enige wat wel een puntje is, is misschien de onderrug. Door de zithouding ben je toch een beetje geneigd wat door te zakken, wat niet echt lekker is voor je rug. Een paar highwaysteps zou lekker zijn om je benen af en toe een andere houding te geven en dat gat in het zadel zit er niet voor niets, dat is een voorbereiding voor een rugsteun. Dat is geen decadentie, dat is Gold Wing terrein. Wacht nog maar, het wordt nog veel erger. 

Eenmaal bij ons hotel gekomen denk ik eerst dat ik al m’n Duits verleerd ben, maar al snel blijkt dat Beiers toch echt een heel ander potje werk is. Ik heb m’n kamer, m’n bed en morgenochtend een douche en ontbijt. Meer heb ik niet nodig. Als later m’n collega met Wing nummer twee arriveert lopen we naar het dorp voor wat eten, waar het Duits ineens sterk lijkt op Italiaans. Zo zie je maar weer, ’t gaat alle kanten op.  De motoren staan netjes in de garage, het is helemaal prima.

De volgende morgen hebben we geluk: het giet pijpenstelen. Maar stom genoeg had ik in een vlaag van verstandsverbijstering thuis al op de weersites gekeken en me voorbereid. Dus heb ik in twee tellen m’n regenpak aangetrokken en ben helemaal het heertje. Nou zou het misschien alsnog fijner zijn als het niet zou regenen, maar het is nu eenmaal niet anders en als je dan toch in de regen moet rijden, dan maar met de Gold Wing. Je wordt nog steeds nat, maar wel een stuk aangenamer dan op een naked of supersport. Met steun van de lokale zender en de GPS die de route aangeeft. Nou is dat wel een dingetje waar we later Is het nou nog steeds een Wing of zitten er elementen van de Pan European in? nog wat dieper op ingaan –een uitgebreide rijtest van de Wing komt er binnenkort aan- maar uiteindelijk zijn we dan toch vrienden geworden met de navigatie en laten ons gewillig leiden. De tocht voert ons vervolgens zonder snelwegen dwars door Oostenrijk. Weliswaar grotendeels over doorgaande wegen, maar soms ook niét en dan wordt het verrassend. Het is dan ook onvermijdbaar dat we ergens toch een bergpas meepikken en hier betekent dat: dwars door enkele skigebieden heen. Ik was hier in mei nog en toen zag het er echt nog heel anders uit. Maar intussen daalt de omgevingstemperatuur wel tot zo’n 7 graden… en dat terwijl Nederland gebukt gaat onder een hittegolf. Dat geloven ze nooit, thuis. Maar goed, mooi moment om te checken of de handvat- en zadelverwarming werken. Check. Door. 

Na nog wat spectaculaire vergezichten wordt de weg smaller en kronkeliger en zijn we echt niet meer in Kansas. Een bord langs de weg stelt zelfs dat de weg is afgesloten, maar zijn we nou motorrijders of niet? Dus rijden we door. Ook als de ondergrond ineens verandert in gravel door weer andere werkzaamheden rijden we door en altijd blijkt het mee te vallen. Maar intussen kunnen we wel serieus aan de bak wat sturen betreft. Eeeh.... dat zullen de Zwitsers zijnDe motor laat zich gedwee leiden en laat zich dan ook van z’n beste kant zien. Als je dit er mee kunt, is het niet moeilijk voor te stellen waar iedereen zo’n fanatieke loyaliteit vandaan haalt. En dat zijn meestal nog de oudere modellen, die nog zwaarder zijn en minder goed sturen. Man, wat een feest. 

Maar goed, aan alles komt een eind en zo ook onze reis. Na zo’n 1400 kilometer worden we ontvangen bij het hotel in Celje, waar nieuw koud bier en een serieus goede steak al op ons wachten. Morgen gaan we eens kijken bij het treffen. We hebben inmiddels al meerdere Gold Wings zien rijden, de een nog meer uitgedost dan de ander. En omdat het schemert is de complete kerstboom aan lichtjes aangezet…. Da’s waar ook, Gold Wing eigenaars zijn nogal gek van lichtjes. Dat wordt nog wat, morgen.